ES 2070 SV
Wijzigen en oproepen van programmawaarden
De belangrijkste programmawaarden kunnen door een druktoets opgeroepen en naar wens
gewijzigd worden.
Hardheid leidingwater
Druk op de toets "HARDHEID" met het symbool
hardheid.
Waterhardheid:
15 dH
Als U de weergegeven hardheid wenst te wijzigen, verschuift U met behulp van de pijltoets ""
de knipperende cursor op het te wijzigen cijfer, en wijzigt U de waarde met behulp van de
nummertoets "#".
De volgende waarden kunnen overeenkomstig de bij de basisprogrammering in de 7. stap
ingebrachte eenheid ingegeven worden:
Eenheid van de hardheid
ºD
ºF
ºE
3
ppm CaCO
gpg
De berekening van de periodecapaciteit (hoeveelheid onthard water) met de gewijzigde waarden
volgt telkens bij de start van een regeneratie met de formule:
Uitwisselingscapaciteit [D m
Waterhardheid [ºD]
ATTENTIE! Bij centraalventielen met ophardingsinrichting registreert de watermeter de
hoeveelheid opgehard water. Er moet daarom de hardheid van het opgeharde water van de in te
geven waarde afgetrokken worden.
Voorbeeld: hardheid is 15 °D opharding = 6 °D
Hieruit volgt de in te geven waarde van (15 - 6) °D = 9 °D
Wijzigen en oproepen van programmawaarden
Duitse graad hardheid
Franse graad hardheid
Engelse graad hardheid
Milligram per liter CaCO
Grains Per Gallon
3
]
= hoeveelheid onthard water [m
. In de onderste regel verschijnt de actuele
3
3
]
Invoerwaarde
2 – 99
4 – 199
2 – 99
40 – 1999
2 - 99
5