ES 2070 SV
1. Filteromschakeling
Stap nr:
Filter:
Selecteer de aangesloten filters. ("|" is aangesloten, "-" is niet aangesloten).
Stap nr:
Aantal in bedr
Bij duplo installatie kan worden ingegeven hoeveel filters in bedrijf moeten staan.
Stap nr:
BV geopend
In enkel of parallel bedrijf kan worden ingegeven of het bedrijfsventiel geopend moet
blijven indien het filter wacht op het vullen van de regeneratie tank
Stap nr:
BV geopend
In wissel of parallel bedrijf kan worden ingegeven of het bedrijfsventiel geopend moet
blijven indien de capaciteit van de installatie is overschreden
Stap nr:
Reg.Fi.1+2
Bij parallelbedrijf kunt U bepalen of de filters al dan niet direct na elkaar
worden geregenereerd. Kiest U "Reg.Fi.1+2 J/N', dan worden beide filters direct
na elkaar geregenereerd.
Voorbeeld: zandfilter installatie met start via tijdsinterval of differentiaaldrukmeter.
ATTENTIE: Bij onthardingsinstallaties moet worden gegarandeerd dat pekel voorhanden is
(voorraadtank of aparte pekeltank).
Wanneer U 'Reg.Fi.1+2 J/N', kiest, dan wordt alleen het opgebruikte, in bedrijf zijnde filter
geregenereerd. Het andere filter heeft op dat moment nog 50% van zijn capaciteit.
2. Regeneratie voor de inbedrijfname
Stap nr:
Reg. Voor bedr. J/N
Wordt het ontharde water b.v. als drinkwater gebruikt, dan moet kiemvorming worden
voorkomen. Daar in het bijzonder het in reserve staande filter na een lange standtijd bij de
inbedrijfname kiemen kan afgeven, bestaat een werkmethode, om het uitgeputte filter niet direct,
maar eerst kort voor de inbedrijfname te regenereren. Het wordt dan na het einde van de
naspoelfase direct in bedrijf genomen.
Het uitgeputte filter wordt uitgeschakeld en blijft zolang ongeregenereerd in de reserve positie,
tot het in bedrijf zijnde filter geregenereerd moet worden.
Wijzigen en oproepen van de basiswaarden
1.1
1| 2-
1.2
1
1.3
J/N
1.4
J/N
1.5
J/N
2.1
.
.
20