38
BESTANDEN BEHEREN
NE
Bestandsinformatie
bekijken
U kunt de bestandsinformatie bekijken in de
weergavestand.
Informatie over videobestanden
Druk op INFO terwijl het weergave van
videobeelden is onderbroken (Pauze). De
bestandsinformatie verschijnt op het scherm.
BESTAND: Bestandsnaam
MAP: Naam van de map
DATUM/TIJD: Datum en tijd van de opname
AFSP. TIJD: Afspeeltijd (lengte van het bestand)
KWALITEIT: Beeldkwaliteit (
BEVEILIGEN: Status bestandsbeveiliging
(
blz. 39)
●
Drukt u op
in het indexscherm
INFO
(
blz. 22), dan wordt de informatie van het
geselecteerde bestand weergegeven.
De weergave van bestandsinformatie
uitschakelen
Druk herhaaldelijk op INFO.
Informatie over bestanden van stilstaande
beelden (foto's)
Druk op INFO terwijl een stilstaand beeld op het
scherm staat. De bestandsinformatie verschijnt
op het scherm.
BESTAND: Bestandsnaam
MAP: Naam van de map
DATUM/TIJD: Datum en tijd van de opname
GROOTTE: Beeldgrootte (
KWALITEIT: Beeldkwaliteit (
BEVEILIGEN: Status bestandsbeveiliging
(
blz. 39)
●
Drukt u op INFO in het indexscherm
(
blz. 27), dan wordt de informatie van het
geselecteerde bestand weergegeven.
De weergave van bestandsinformatie
uitschakelen
Druk herhaaldelijk op INFO.
Informatie over stemgeluidbestanden
Druk op INFO terwijl het weergave van
stemgeluid is onderbroken (Pauze). De
bestandsinformatie verschijnt op het scherm.
BESTAND: Bestandsnaam
MAP: Naam van de map
DATUM/TIJD: Datum en tijd van de opname
/
/
blz. 50)
blz. 51)
blz. 51)
AFSP. TIJD: Afspeeltijd (lengte van het bestand)
KWALITEIT: Geluidskwaliteit (
BEVEILIGEN: Status bestandsbeveiliging
(
blz. 39)
●
Drukt u op INFO in het weergavelijst
(
blz. 30), dan wordt de informatie van het
geselecteerde bestand weergegeven.
De weergave van bestandsinformatie
uitschakelen
Druk herhaaldelijk op INFO.
Histogram (voor fotobestanden)
Een histogram is een
grafiek die de helderheid
van het beeld weergeeft.
De horizontale as geeft
het helderheidsniveau
aan (links donkerder en
rechts helderder), terwijl
de verticale as laat zien hoeveel pixels er
bestaan voor de helderheidniveaus.
●
Hoe meer pixels er zijn in het middengebied,
hoe beter de belichting en hoe beter
uitgebalanceerd de helderheid.
●
Hoe meer pixels er zijn naar links, des te
donkerder het beeld.
●
Hoe meer pixels er zijn naar rechts, des te
helderder het beeld.
Als u het beeld en het histogram daarvan
controleert, kunt u het patroon van het
belichtingsniveau en de algehele staat van de
beeldweergave zien.
Het histogram van fotobestanden weergeven
Druk enkele malen op INFO terwijl een
stilstaand beeld (foto) op het scherm staat.
De weergave van het histogram uitschakelen
Druk enkele malen op INFO.
OPMERKING:
De sluitersnelheid, het F-getal en de ISO-
gevoeligheid (HELDERHEID) worden ook
weergegeven als opname-informatie bij het
histogram. De sluitersnelheid wordt tijdens het
maken van opnamen in de stand Auto bij
benadering weergegeven. Het kan zijn dat deze
sluitersnelheid niet overeenkomt met de
sluitersnelheid die wordt weergegeven bij het
histogram.
blz. 51)