A2:
TANK VULLING
TE LANG
A3: VULLING
IN BEDRIJF
A8: PROBLEEM
BIJVULLEN
In dit geval:
Wanneer deze melding verschijnt, wordt de tank leeggepompt, het algemene storingscontact wordt geactiveerd en
het apparaat wordt vervolgens gestopt.
Mogelijke oorzaken en oplossingen:
1. Controleer de watertoevoer. De druk moet constant zijn en tussen 2 en 8 bar liggen. In geval van twijfel, installeer
een drukregelaar op de toevoerleiding welke is ingesteld op 2 bar. Controleer ook de toestand van de
waterinlaatklep, de elektrische aansluiting en de toestand van de zekering F2 (2A). Vervang de klep en de zekering
als deze elementen defect zijn.
2. Blauwe slang in de vulbeker verkeerd gepositioneerd of gekneld. Vervang de
slang zoals te zien is in de foto.
3. Controleer of er een goede condensaatafvoer is. Moet volledig worden afgevoerd, anders zal het zich ophopen
in de stoomslang, waardoor waterprojecties en drukverhoging in de tank ontstaan, wat voorkomt dat het apparaat
gevuld kan worden.
4. Controleer of de ontluchtingsklep goed gesloten is. Een stuk kalkaanslag kan de sluiting van de klep blokkeren en
een lek veroorzaken, waardoor het apparaat niet goed kan worden gevuld.
5. Elektronisch probleem. Vervang het moederbord en controleer of er geen stoom of water in het elektrische
compartiment stroomt.
ELECTROVAP
Betekent:
Het vullen van de tank wordt niet correct uitgevoerd. Het
waterniveau bereikt niet het laagwater detectie niveau. (Maximale
duur van het vullen voor het alarm: 20 min.).
Betekent:
Geen vulling tussen laag niveau en tussenniveau.
Betekent:
Geen vulling tussen tussenliggend niveau en hoog niveau.
RTH-HC
®
Blauwe Slang
54