4.8 Heuppositionering
De heuppositionering (A) ondersteunt het naar
voren kantelen van het bekken.
Om de heuppositionering (A) te bevestigen:
• schuif de lussen (B) naar de gewenste positie
op het bovenframe.
• hang de ringen (C) aan de handgrepen (D)
(zie punt 4.3).
Om de positie van de heuppositionering (A)
aan het frame te veranderen:
• maak de schroeven (C) los.
• breng de handgrepen inclusief het bevesti-
gingssysteem op het bovenframe in de ge-
wenste positie.
Om de hoogte van heuppositionering (A)
achter te veranderen:
• druk op knop (E), breng de handgreep (D) in
de gewenste positie en laat knop (E) weer los.
Er klinkt een hoorbare klik, als de handgreep
op hun plek zitten.
• De fijne instelling van de hoogte wordt met
behulp van riemen (F) en (G) uitgevoerd. Trek
daartoe aan de betreffende riem en breng
daarmee de heuppositionering (A) op de ge-
wenste hoogte.
Monteer de heuppositionering niet
aan het vooreinde van het bovenframe
om verwondingen te voorkomen!
Draai
schroeven weer vast!
18
na
iedere
in-/afstelling
B
C
D
C
F
G
de
A
C
D
E
F
G