PARKEERHULP
– « Voorzijde » 1 ;
– « Zijkant » 2 .
« Geluid » 3
Druk op "Geluid" 3 om de
geluidssignalen van de Parkeerhulp in
of uit te schakelen.
U kunt de volgende instellingen
wijzigen:
– "Geluidstype" 4 : kies het type
waarschuwingsgeluid uit de
aangeboden waarschuwingen;
– "Volume": regel het geluidsvolume
voor obstakeldetectie met de balk
"Volume" 5 .
« Waarschuwing bij het achteruit
uitparkeren » 6
De "Waarschuwing bij het achteruit
uitparkeren" functie 6 detecteert
obstakels wanneer deze de zijkant van
de auto van achteren naderen.
Deze werkt wanneer de
achteruitversnelling is ingeschakeld en
de auto stilstaat of langzaam rijdt.
U wordt gewaarschuwd voor
naderende obstakels door een
ononderbroken geluidssignaal, een
melding op het multimediascherm en
een lichtsignaal op de
achteruitkijkspiegel.
Opmerking: stilstaande obstakels
worden niet gedetecteerd.
Raadpleeg voor meer informatie over
de functie "Waarschuwing bij het
achteruit uitparkeren" de paragraaf
over "Waarschuwing bij het achteruit
uitparkeren" in het instructieboekje van
uw auto.
« Actieve Noodrem achter » 7
Wanneer de achteruitversnelling is
ingeschakeld, detecteert de "Actieve
Noodrem achter" 7 stilstaande
obstakels achter uw auto.
Raadpleeg voor meer informatie over
de functie "Actieve Noodrem achter"
de paragraaf over "Actieve Noodrem
achter" in het instructieboekje van uw
auto.
« Veilige uitstap voor inzittenden »
8
De waarschuwing "Veilige uitstap voor
inzittenden" 8 detecteert een
potentieel gevaar en waarschuwt de
bestuurder en/of passagiers als zij een
portier openen als de auto stilstaat.
Deze functie wordt geactiveerd
wanneer de auto geparkeerd staat.
Als een obstakel de auto nadert, wordt
er een waarschuwing weergegeven op
het instrumentenpaneel, verschijnt er
een lichtsignaal op de buitenspiegels
en in de portieren en klinkt er een
pieptoon.
Opmerking: stilstaande obstakels en
voetgangers worden niet
gedetecteerd.
Raadpleeg voor meer informatie over
de functie "Veilige uitstap voor
inzittenden" de paragraaf over "Veilige
uitstap voor inzittenden" in het
instructieboekje van uw auto.
Handsfree parkeerhulp-menu
De functie "Handsfree parkeerhulp"
helpt u bij het parkeren door het
stuurwiel, de remmen, de motor en de
versnellingshendel te bedienen.
Tijdens het manoeuvre moet u druk
houden op het gaspedaal (om de
functie actief te houden). Houd uw
handen weg van het stuurwiel.
U kunt op elk moment weer controle
nemen over de auto door:
– draaien aan het stuurwiel.
– het gaspedaal los te laten
– of het rempedaal in te drukken.
U hebt toegang tot het menu
"Handsfree parkeerhulp" vanuit:
– wereld "Voertuig"
, selecteert u
het menu "Rijondersteuning" en
vervolgens tabblad "Parkeren" C ;
– de widget "Handsfree parkeerhulp",
door te drukken op "Openen" (zie
"Widgets toevoegen en beheren" voor
de configuratie);
6
A u t o - 9 9