Inhoudsopgave
Advertenties
OPMERKING:
Vervangende systeemkaarten worden vooraf gemonteerd met koelplaat en ventilator. Verwijder de koelplaat en
ventilator niet van de systeemkaart. De systeemkaart kan met de koelplaat en ventilator bevestigd worden teruggeplaatst.
Stappen
1. Verwijder de enkele schroef (M1.6x3.5) waarmee de beugel van de beeldschermkabel aan de systeemkaart is bevestigd.
2. Duw de beugel van de beeldschermkabel van de onderrand om de beugel los te maken van de bevestigingspin en verwijder deze uit
het systeem.
3. Koppel de beeldschermkabel en camerakabel los van de systeemkaart.
OPMERKING:
Gebruikers moeten de beeldschermkabel loskoppelen van de systeemkaart door het treklipje in een directe
beweging omhoog te trekken om schade aan de connector te voorkomen.
4. Verwijder de enkele schroef (M1.6x4.5) waarmee de beugel van de draadloze module aan de systeemkaart is bevestigd.
5. Schuif en verwijder de beugel van de draadloze kaart uit de systeemkaart.
6. Gebruik een plastic pennetje en koppel de Darwin-antennekabels los van de draadloze module en haal de kabels vervolgens uit de
geleiders op de systeemkaart.
7. Koppel de WWAN-antennekabels los en haal ze uit de geleiders op de systeemkaart.
8. Verwijder de twee schroeven (M2.5x5) waarmee de twee haakjes van de systeemkaart aan de systeemkaart zijn bevestigd.
9. Koppel de FFC-kabel van de USH-dochterkaart, de WWAN Darwin-kabel en de touchpad FPC los van de connector op de
systeemkaart.
OPMERKING:
Als u de WWAN Darwin-kabel wilt loskoppelen van de systeemkaart, plaatst u een plastic pennetje dicht op de
achterkant van de connector en wrikt u voorzichtig omhoog.
10. Koppel de FPC-datakabel van de I/O-dochterkaart en de datakabel van de I/O-dochterkaart los.
11. Verwijder de tien schroeven (M1.6x3.5) waarmee de I/O-kaart aan de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd en
verwijder de systeemkaart uit het systeem.
Onderdelen verwijderen en plaatsen
49
Advertenties
Inhoudsopgave
