Om bij langere afwezigheid een uitval van de
besproeiingsbesturing door een zwakke accu te
voorkomen, moet de accu worden vervangen
wanneer het accusymbool knippert.
Ingebruikname:
De besproeiingsbesturing mag alleen verticaal met
de wartelmoer naar boven worden gemonteerd,
om binnendringen van water in het accuvak te
voorkomen. De minimale hoeveelheid sproeiwater
voor een veilige schakelfunctie van de besproei-
ingsbesturing bedraagt 20 – 30 liter/uur. Voor de
besturing van het Micro-Drip-System zijn bijvoor-
beeld min. 10 druppelaars van 2 liter nodig.
Bij hoge temperaturen (meer dan 70 °C op het
display) kan het gebeuren dat de LCD-weergave
uitgaat; dit heeft geen enkele consequentie voor
het programmaverloop. Na afkoeling verschijnt de
LCD-weergave weer.
De temperatuur van het doorstromende water
mag max. 40 °C bedragen.
Voorkom trekbelastingen.
v Trek niet aan de aangesloten slang.
38
LET OP! Wanneer de besturingsmodule er
bij een geopend ventiel afgetrokken wordt,
blijft het ventiel net zolang geopend, totdat de
besturingsmodule er weer wordt opgestoken.
GEVAAR! Hartstilstand!
Dit product genereert tijdens de werking
een elektromagnetisch veld. Dit veld kan onder
bepaalde omstandigheden invloed hebben op de
werkwijze van actieve of passieve medische
implantaten. Om het gevaar van situaties die kun-
nen leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen
uit te sluiten, dienen personen met een medisch
implantaat hun arts en de fabrikant van het
implantaat te raadplegen alvorens dit product te
gebruiken.
GEVAAR! Verstikkingsgevaar!
Kleinere onderdelen kunnen gemakkelijk
worden ingeslikt. De polyzak vormt een verstik-
kingsgevaar voor kleine kinderen. Houd kleine
kinderen tijdens de montage uit de buurt.