Monteren van zaagblad en ketting
WAARSCHUWING! Wanneer u aan de
!
ketting werkt, moet u altijd
handschoenen dragen.
CS 2240
Controleer of de kettingrem ontkoppeld is door de
terugslagbeveiliging van de kettingrem naar de voorste
handvatbeugel te duwen. (39)
Verwijder de zaagbladmoer en het koppelingdeksel (de
kettingrem). Verwijder de transportbescherming (A). (40)
Monteer het zaagblad over de zaagbladbout. Plaats het
zaagblad in de achterste stand. Plaats de ketting over het
kettingaandrijftandwiel en in de zaagbladgroef. Begin aan
de bovenkant van het zaagblad. (41)
Controleer of de randen van de motorzaagschakels op de
bovenkant van het zaagblad naar voren zijn gericht.
Monteer het koppelingdeksel en vergeet niet om de
kettingafstelpen in de opening van het zaagblad te
plaatsen. Controleer of de aandrijfschakels van de
ketting op het aandrijftandwiel passen en of de ketting
juist in de groef van het zaagblad zit. Draai de moer van
het zaagblad met de hand vast.
Span de ketting door met behulp van de combisleutel de
kettingspanschroef met de klok mee te schroeven. De
ketting moet aangespannen worden tot ze niet langer slap
hangt aan de onderkant van het zaagblad. (42)
De ketting is juist aangespannen wanneer ze niet langer
slap hangt aan de onderkant van het zaagblad en toch
gemakkelijk met de hand kan worden voortbewogen. Hou
de tip van het blad omhoog en draai de zaagbladmoer
aan met de combisleutel. (43)
Op een nieuwe ketting moet de kettingspanning vaak
gecontroleerd worden tot de ketting goed "ingelopen" is.
Controleer regelmatig de kettingspanning. Correct
aangespannen kettingen geven goede bedrijfsprestaties
en hebben een lange levensduur. (44)
1153144-20 Rev.1 2009-12-29
MONTEREN
CS 2240S
Controleer of de kettingrem ontkoppeld is door de
terugslagbeveiliging van de kettingrem naar de voorste
handvatbeugel te duwen. (45)
Maak het kettingspanwiel los en verwijder het
koppelingsdeksel (de kettingrem). Haal de
transportbescherming weg. (A) (46)
Monteer het zaagblad over de zaagbladbouten. Plaats
het zaagblad in de achterste stand. Plaats de ketting over
het kettingaandrijftandwiel en in de zaagbladgroef. Begin
aan de bovenkant van het zaagblad. (41)
Controleer of de randen van de motorzaagschakels op de
bovenkant van het zaagblad naar voren zijn gericht.
Monteer het koppelingdeksel en vergeet niet om de
kettingafstelpen in de opening van het zaagblad te
plaatsen. Controleer of de aandrijfschakels van de
ketting op het aandrijftandwiel passen en of de ketting
juist in de groef van het zaagblad zit.
Breng de ketting op spanning door het wiel naar beneden
te draaien (+). De ketting moet zover gespannen zijn dat
ze aan de onderkant van het zaagblad niet doorzakt. (32)
De ketting is correct gespannen wanneer ze aan de
onderkant van het zwaard niet doorzakt, maar nog wel
makkelijk met de hand bewogen kan worden. Houd de
neus van het zwaard omhoog en zet de zwaardkoppeling
vast door de knop tegen de klok in te draaien. (33)
Op een nieuwe ketting moet de kettingspanning vaak
gecontroleerd worden tot de ketting goed "ingelopen" is.
Controleer regelmatig de kettingspanning. Correct
aangespannen kettingen geven goede bedrijfsprestaties
en hebben een lange levensduur. (44)
Monteren van schorssteun
Voor het monteren van een schorssteun – neem contact
op met uw servicewerkplaats. (47)
–
Dutch
73