RS-485 Modbus-master, LED3
1
2
3
4
1 s
Pos. Kleur
1
-
Pulserend rood
2
(enkele puls)
Onafgebroken
3
rood
4
Knippert groen
Gerelateerde informatie
6.1 De voedingsspanning aansluiten
8.1 LED1 en LED2 blijven uit wanneer de
voedingsspanning is aangesloten.
8.2 LED2 voor interne communicatie knippert rood
8.3 LED2 voor interne communicatie is
onafgebroken rood
8.4 LED1 knippert geel
8.5 LED3 voor RS-485-interface knippert rood
3 s
Beschrijving
RS-485 wordt niet
gebruikt: LED is uit
RS-485 Modbus RTU
(Master):
communicatiestoring
RS-485 Modbus RTU
(Master): configuratiefout
RS-485 Modbus RTU
(Master): Modbus
verzendt of ontvangt
gegevens
4. Installatievereisten
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Sluit de CIM 290 alleen aan op een
Grundfos hostproduct met een
speciale CIM-interface.
‐
De installatie moet worden uitgevoerd
door gekwalificeerde en getrainde
experts.
4.1 Beveiliging
Met de CIM-module kunnen gegevens op een veilige
manier mobiel naar de cloud worden verzonden. Er
wordt gebruikgemaakt van versleuteling en
wederzijdse verificatie op basis van X.509-certificaten
voor toegangsverificatie. De CIM-module accepteert
geen inkomende verbindingspogingen van het
mobiele netwerk.
De CIM-module fungeert als fieldbus voor de
GENIbus- en Modbus RTU-protocollen. Deze
protocollen gebruiken de onderliggende RS-485
communicatie. Aangezien deze geen ingebouwde
beveiliging heeft, wordt ten zeerste aanbevolen om
alleen bevoegd personeel fysieke toegang tot de
installatie te geven en om anders de acties op te
volgen die worden voorgesteld in de lokale
risicobeoordeling, als die is opgesteld.
4.2 RF veiligheid
Installateurs en eindgebruikers moeten
worden voorzien van deze installatie- en
bedieningsinstructies en de
bedrijfscondities om te voldoen aan de
eisen van RF-blootstelling.
WAARSCHUWING
Straling
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
De antenne die wordt gebruikt voor het
product waarin de CIM-module is
geplaatst moet worden geïnstalleerd
met een scheidingsafstand van ten
minste 20 cm (0,66 voet) van personen
en mag niet samen met een andere
antenne of zender worden gebruikt of
bediend.
Er kan storing van andere elektronische apparatuur
ontstaan als de apparatuur niet voldoende
beschermd wordt.
9