4. AANPASSING VAN HET SYSTEEM
4.4 TOEVOEGING/VERWIJDERING VAN EEN GEBRUIKER
Alleen de systeemadministrator of servicetechnicus kan nieuwe gebruikers toevoegen tot het systeem of
dezen wissen. Nieuwe gebruikers kunnen worden toegevoegd tot (of gewist uit) het systeem via de software
J-Link of door een technicus in de software F-Link.
Bij het aanmaken van een nieuwe gebruiker is het noodzakelijk om hem het volgende toe te wijzen:
toegangstoestemmingen (rechten), secties, die de gebruiker kan gebruiken, programmeerbare uitgangen die hij
kan besturen, en welk type autorisatie nodig zal zijn.
4.5 KALENDERGEBEURTENISSEN OPGEZET
Het is mogelijk om kalendergebeurtenissen te configureren (uitschakelen / instellen/gedeeltelijk instellen,
besturen of blokkeren van PG-uitgangen).
De kalendergebeurtenissen kunnen worden ingesteld via de software J-Link in het tabblad Kalender.
Voor elke kalendergebeurtenis kunnen actie, sectie of PG-
uitgang en gebeurtenistijd worden ingesteld. Dag kan worden
gedefinieerd door een dag van de week, maand of jaar. Voor de
geselecteerde dag kunt u maximaal 4 keer instellen om een actie uit
te voeren of om herhaling met regelmatige tussenpozen in te stellen.
Daarom kunnen kalendergebeurtenissen niet alleen worden
aangepast voor sectiebesturing, maar ook voor het besturen van
verschillende technologieën in het object met PG-uitgangen.
5. GEBEURTENISGESCHIEDENIS
Het beveiligingssysteem slaat alle uitgevoerde operaties en gebeurtenissen op (inschakeling, uitschakeling,
alarmen, storingen, berichten verzonden aan gebruikers en ARCs) op de micro SD-kaart in de centrale van
het systeem. Elk item bevat de datum, het tijdstip (begin en einde), en de bron (oorzaak/ oorsprong) van de
gebeurtenis.
De verschillende manieren om in het gebeurtenisgeheugen van het systeem te browsen:
5.1 GEBRUIK VAN HET LCD-KLAVIER
De toegang tot de gebeurtenisgeschiedenis met behulp van het klavier vereist autorisatie door de gebruiker.
Eenmaal geautoriseerd, worden de beschikbare opties (op basis van gebruikersvergunningen) weergegeven door
het gebeurtenisgeheugen te kiezen. Records kunnen worden bekeken met behulp van pijlen.
5.2
GEBRUIK VAN DE SOFTWARE J-LINK EN EEN COMPUTER
In het systeemgeheugen kan worden gebladerd via de software J-Link. Gebeurtenissen kunnen worden
gedownload vanaf de centrale in kleine (ongeveer 1,200 gebeurtenissen) of grotere (ongeveer 4,000
gebeurtenissen) batches. De gebeurtenissen kunnen worden gefilterd in detail, kleurgecodeerd voor een betere
oriëntatie, of opgeslagen in een bestand op een computer.
5.3 INLOGGEN OP MyJABLOTRON (WEB/SMARTPHONE)
Alle systeemgebeurtenissen kunnen worden bekeken na het inloggen via de webinterface/smartphoneapp
MyJABLOTRON. De rekening toont de geschiedenis in een reeks, die overeenkomt met de machtigingen van de
gebruiker.
23