Het luchtstroomdebiet aanpassen
Selecteer de gewenste VENTILATOR-instelling.
*
*
: Stil
: Laag
Afstandsbediening
Druk op
.
• Telkens u drukt, wordt cyclisch
omgeschakeld tussen de VENTILATOR-
lampen [groen].
(Stil)
(Laag)
(Turbo)
(Standaard)
Over VENTILATOR-instellingen
Stil
Er wordt een zachte bries afgegeven. Aanbevolen gebruik wanneer men slaapt.
Omdat het vermogen om geur weg te nemen beperkt is, wordt aanbevolen om de VENTILATOR-instelling op Standaard of
hoger in te stellen als er geurtjes snel uit een kamer moeten worden verwijderd.
De lucht van de omgeving wordt snel gezuiverd als men een grote luchtstroom gebruikt. Aanbevolen gebruik wanneer u een
Turbo
kamer aan het schoonmaken bent.
De bevochtiging en luchtzuivering gebruiken
Bevochtigt en zuivert de lucht in de kamer.
► Pagina 13
Vul de watertank met water.
Afstandsbediening
Druk op
.
• Druk opnieuw op de knop om de werking te annuleren.
• De lamp bevochtiger AAN/UIT [oranje] gaat aan.
Aandacht
Zorg ervoor dat de bevochtigingsfiltereenheid bevestigd is wanneer u deze
werking gebruikt.
Zorg ervoor om kraantjeswater te gebruiken voor het water in de watertank.
Ververs het water in het bevochtigercompartiment en de watertank elke
dag.
Wanneer er water in het bevochtigercompartiment achterblijft,
veroorzaakt dit het ontstaan van vieze geurtjes en ophoping van vuil.
Zorg er daarom voor dat alle achtergebleven water in het
bevochtigercompartiment wordt afgelaten telkens u de watertank
opnieuw vult.
• De luchtzuivering wordt altijd uitgevoerd tijdens het
bevochtigen.
(Het is niet mogelijk om uitsluitend het bevochtigen te
gebruiken.)
• Wanneer het doelniveau voor de vochtigheid is bereikt of de
lamp van de watertoevoer aan gaat, stopt het bevochtigen. De
luchtzuivering gaat echter wel door.
Opmerking
• De kamertemperatuur kan dalen wanneer het bevochtigen in
uitvoering is.
• Er kunnen borrelende en spattende geluiden ontstaan wanneer
het bevochtigen in uitvoering is, maar dit is normaal (geen
slechte werking).
► Pagina 32
• Als
of
wordt ingedrukt terwijl de modus VOCHT actief
is, dan stopt het bevochtigen en wordt de AUTOMATISCHE MODUS
VENTILATOR geactiveerd.
*
: Standaard
: Turbo
Eenheid
Druk op
• Telkens u drukt, wordt cyclisch omgeschakeld tussen de VENTILATOR-lampen [groen] en
de MODUS-lampen [groen].
(Stil)
(VOCHT)
Eenheid
Druk op
.
* De grootte van de symbolen varieert volgens de
VENTILATOR-instelling.
.
VENTILATOR
(Laag)
(Standaard)
(ANTISTUIFMEEL)
MODUS
De vochtigheid aanpassen
Selecteer het gewenste vochtigheidsniveau.
Afstandsbediening
Druk op
.
• Telkens u drukt, wordt cyclisch omgeschakeld tussen de
vochtigheidslampen [groen].
(Laag)
(Standaard)
Over vochtigheidsinstellingen
Streeft naar een vochtigheidsniveau van ongeveer 40%*.
Laag
Standaard
Streeft naar een vochtigheidsniveau van ongeveer 50%*.
Hoog
Streeft naar een vochtigheidsniveau van ongeveer 60%*.
* Afhankelijk van de kamercondities zoals de binnen- en
buitentemperatuur en de vochtigheidsniveaus, kan het
vochtigheidsniveau worden overschreden (of niet bereikt).
Opmerking
• Als u op
drukt terwijl het bevochtigen UIT staat, dan wordt
het bevochtigen AAN gezet.
• Het vochtigheidsniveau kan niet geselecteerd worden wanneer
de MODUS VOCHT actief is.
Als
wordt ingedrukt terwijl de modus VOCHT actief is,
dan stopt de MODUS VOCHT en wordt de AUTOMATISCHE
MODUS VENTILATOR geactiveerd.
Het vochtigheidsniveau wordt dan het eerder geselecteerde
niveau.
(Turbo)
(ECON.)
(AUTO VENTILATOR)
Eenheid
Dit kan niet op de eenheid
worden ingesteld.
(Hoog)
► Pagina 36
Gebruik
16