Programmering
Algemene aanwijzingen voor het programmeeren:
- Wordt er tijdens het programmeren een „verkeerde toets" ingedrukt, dan wordt de pro-
cedure afgebroken zonder dat de wijziging wordt opgeslagen.
-
U kunt een programmering procedure zonder op te slaan afbreken. Neem daarvoor de
hoorn op en deze leg deze meteen daarna weer terug.
- Wordt er tijdens een programmeringsprocedure binnen 40 sec. geen toets ingedrukt
dan wordt deze beëindigd zonder dat er gegevens worden opgeslagen.
- Bij het ingeven van telefoonnummers in een geheugen kunt u via de onderste geheu-
gentoets (geheugentoets 5) handmatige kiespauzes ingeven. De pauze wordt in het
display door een „P" weergegeven.
- Heeft u een telefoonnummer verkeerd ingevoerd, dan kunt u deze wissen met de num-
merherhalingstoets.
Geheugentoetsen programmeren
U kunt aan max. 5 geheugentoetsen telefoonnummers toekennen. Elk telefoonnummer,
dat u wilt opslaan, mag max. 20 posities (* en # kunnen ook ingevoerd worden) bevatten.
Let op: aan de geheugentoetsen 1, 2 en 5 kunnen ook andere functies worden toegekend
(zie ook pagina 11).
#
P-toets indrukken. De ingevoerde gegevens zijn opgeslagen. U kunt
nu de 3-cijferige code ingeven van een andere functie of de P-toets
nogmaals indrukken om het programmeermenu te verlaten.
P-toets en vervolgens #-toets kort indrukken.
Code voor de gewenste geheugentoets selecteren en ingeven:
Code 01 voor geheugentoets 1
Code 02 voor geheugentoets 2
Code 03 voor geheugentoets 3
Code 04 voor geheugentoets 4
Code 05 voor geheugentoets 5
Telefoonnummer ingeven.
19