Achtergrondlicht compenseren
Bij achtergrondlichtcompensatie wordt het
onderwerp snel lichter gemaakt.
Via een eenvoudige bediening kunt u de
achtergrondlichtcompensatiefunctie
inschakelen. Hiermee wordt het donkere
gedeelte van het onderwerp helderder gemaakt
door dit langer te belichten.
1
Zet de aan/uit-knop op "M".
2
Druk op BACK LIGHT zodat de indicator voor
achtergrondlichtcompensatie "
Achtergrondlichtcompensatie opheffen
Druk tweemaal op BACK LIGHT, zodat de
indicator "
" verdwijnt.
OPMERKING:
Als u de achtergrondlicht compenseren gebruikt, is
het mogelijk dat het licht rondom het onderwerp te
fel wordt en het onderwerp zelf te wit.
Spotbelichtingsregeling
Door een spotmeetgebied te selecteren is een
nauwkeurige belichtingscompensatie mogelijk.
U kunt op de LCD-scherm/in de zoeker drie
meetgebieden selecteren.
1
2
aanduiding voor spotbelichtingsregeling "
verschijnt.
● Er verschijnt een frame voor het
" verschijnt.
spotmeetgebied in het midden van de LCD-
monitor/de zoeker.
3
het spotmeetgebied te selecteren.
4
● De spotbelichtingsregeling is ingeschakeld.
● De belichting wordt aangepast om het
geselecteerde gebied zo helder mogelijk te
maken.
Het diafragma blokkeren
Druk na stap 3 op MENU en houd deze knop
langer dan 2 seconden ingedrukt. De indicator
"
geblokkeerd.
Spotbelichtingsregeling opheffen
Druk eenmaal op BACK LIGHT, zodat de
indicator "
OPMERKINGEN:
● U kunt de spotbelichtingsregeling niet tegelijkertijd
met de volgende functies gebruiken:
• "SQUEEZE" in "WIDE MODE" (
• "STROBE" in "PROGRAM AE" (
• Digitale zoomfunctie (
• Handmatige belichtingsregeling
● Het resultaat is niet altijd optimaal, afhankelijk van
de opnamelocatie en -omstandigheden.
OPNAMEFUNCTIES
Zet de aan/uit-knop op "M".
Druk tweemaal op BACK LIGHT zodat de
Druk op + of – om het gewenste frame voor
Druk op MENU.
" verschijnt en het diafragma wordt
" verdwijnt.
31
NE
"
blz. 24)
blz. 34)
blz. 18)