Probleem
Beelden zijn te
donker
(onderbelicht).
Beelden zijn te
helder
(overbelicht).
Onverwachte
resultaten wanneer
de flitser is
ingesteld op V
(automatisch met
rode-
ogenreductie).
Huidtinten worden
niet verzacht.
Het opslaan van
beelden neemt
enige tijd in beslag.
Gekleurde cirkels of
lichtstrepen
verschijnen op het
scherm of in
beelden.
Technische opmerkingen
Problemen oplossen
De flitsstand is ingesteld op W (uit).
Het flitsvenster is afgedekt.
Het onderwerp bevindt zich buiten het bereik van de flitser.
Pas belichtingscorrectie aan.
Verhoog de ISO-waarde.
Het onderwerp wordt langs achter verlicht. Selecteer de
onderwerpstand Tegenlicht of stel de instelling voor de
flitsstand in op X (invulflits).
Pas belichtingscorrectie aan.
Gebruik een andere opnamestand dan Nachtportret en wijzig
de flitsstand in een andere instelling dan V (automatisch met
rode-ogenreductie) en probeer de foto opnieuw te maken.
In bepaalde opnameomstandigheden kunnen huidtinten
van gezichten niet worden verzacht.
Voor beelden met vier of meer gezichten probeert u het
effect Huid verzachten in Glamour-retouchering te
gebruiken in het weergavemenu.
Het opslaan van beelden kan langer duren in de volgende
situaties:
Wanneer de functie ruisonderdrukking actief is, bijvoorbeeld
wanneer in een donkere omgeving wordt opgenomen
Wanneer de flitsstand is ingesteld op V (automatisch met
rode-ogenreductie)
Wanneer de functie Huid verzachten wordt toegepast tijdens
de opname
Wanneer de continu-opnamestand wordt gebruikt
Wanneer u opneemt met tegenlicht of wanneer een zeer sterke
lichtbron (bijvoorbeeld zonlicht) in het beeld voorkomt, kunnen
er gekleurde cirkels of lichtstrepen (beeldschaduwen) zichtbaar
zijn. Wijzig de positie van de lichtbron of kadreer het beeld
dusdanig, dat de lichtbron buiten het beeld valt en probeer
opnieuw.
Oorzaak/Oplossing
145
A
45
19
151
50
98
32, 45
50
45, 56
33
66
–
46
33, 103
97
–