Beeld
Symptoom
Geen beeld.
Er wordt geen beeld
weergegeven bij verbinding via
een HDMI-kabel.
3D-beelden van de HDMI (IN
1)- of HDMI (IN 2)-aansluiting
worden niet weergegeven op het
tv-scherm.
Er wordt geen beeld
weergegeven of de
uitvoerresolutie is laag bij
verbinding via een
componentvideokabel. (Alleen
niet-Europese/niet-Saudi-
Arabische modellen.)
Er verschijnt geen beeld wanneer
de video-uitvoerresolutie
geselecteerd in [Uitgevoerd
videoformaat] niet correct is.
Het donkere deel van het beeld is
te donker/het heldere deel is te
helder of onnatuurlijk.
Het beeld wordt niet correct
weergegeven.
Het beeld vertoont ruis.
Het beeld wordt niet
schermvullend weergegeven.
Er treedt een kleurafwijking op
het tv-scherm op.
Problemen en oplossingen
• Controleer de uitvoermethode van uw systeem (pagina 22).
• Het toestel is aangesloten op een ingang die niet compatibel is met HDCP
(High-bandwidth Digital Content Protection) ("HDMI" op het voorpaneel licht
niet op) (pagina 22).
• Afhankelijk van de tv of de videocomponent, is het mogelijk dat 3D-beelden
niet worden weergegeven.
• Bij het afspelen van een BD-ROM is het mogelijk dat een hogeresolutiebeeld
niet wordt uitgevoerd wegens kopieerbeveiligingsbeperkingen. In dit geval
raden wij u een HDMI-verbinding aan (pagina 22).
• Houd de knoppen N en VOL – op het toestel langer dan 5 seconden ingedrukt
om de video-uitvoerresolutie te herstellen naar de laagste resolutie.
• Zet [Beeldkwaliteitsfunctie] op [Standrd.] (standaard) (pagina 42).
• Controleer de instellingen van [Uitgevoerd videoformaat] bij
[Scherminstellingen] (pagina 62).
• Als de analoge en digitale signalen tegelijk worden uitgevoerd, stelt u [BD/
DVD-ROM 1080/24p-uitvoer] bij [Scherminstellingen] in op [Uit] (pagina 62).
• Voor BD-ROM's controleert u de instellingen van [BD/DVD-ROM 1080/24p-
uitvoer] bij [Scherminstellingen] (pagina 62).
• Reinig de disc.
• Als de beelduitvoer van het systeem via de videorecorder naar uw tv gaat, kan
het schrijfbeschermingssignaal gebruikt voor bepaalde BD/DVD-programma's
de beeldkwaliteit beïnvloeden. Als u nog steeds problemen ervaart wanneer u
het toestel rechtstreeks op uw tv aansluit, probeer het toestel dan aan te sluiten
op een andere ingang.
• Controleer de instelling van [Type televisie] bij [Scherminstellingen]
(pagina 61).
• De breedte-/hoogteverhouding op de disc ligt vast.
• Als de luidsprekers worden gebruikt met een CRT-tv of -projector, installeer ze
dan op minstens 0,3 meter van de tv.
• Als de kleurafwijking blijft, schakel dan de tv uit en schakel deze vervolgens na
15 tot 30 minuten weer in.
• Zorg ervoor dat er geen magnetisch voorwerp (magnetische sluiting op een tv-
standaard, medische apparatuur, speelgoed, enz.) dichtbij de luidsprekers wordt
gezet.
71
NL