60 Pa
Afb. 14 Tweede speciale luchtkanaal
100 mm
250 mm
Afb. 15 Tweede speciale luchtkanaal
Het maximale drukverlies moet 60 Pa zijn. Bij de lengteberekening en de in-
stallatie van het luchtkanaal moet er rekening mee worden gehouden dat:
• Het gewicht van het luchtkanaal het product niet beïnvloedt
• Onderhoud kan worden uitgevoerd
• Het luchtkanaal voldoende is beschermd om te waarborgen dat mate-
riaal per ongeluk het product kan binnendringen
• Binnen het buissysteem mag het maximale drukverlies niet groter zijn
dan 60 Pa.
Alle technische gegevens zoals vermeld in tabel 17 ( pagina 31) zijn
gegarandeerd wanneer het luchtdebiet 235 m³/h is en met een drukver-
lies van 60 Pa.
De volgende voorschriften moeten worden aangehouden:
▶ Gebruik een luchtkanaalsysteem met een diameter van Ø 125 mm
▶ Wanneer er twee 90° bochten zijn, mag de maximale equivalente
lengte van de rechte inlaat- en afvoerbuizen niet meer dan 60 Pa be-
dragen.
PVC
▶ Drukverlies van 1 m rechte buis geeft een drukverlies van ~3 Pa bij
235 m³/h; PVC materiaal; droge lucht T=7 °C
▶ 90° bocht geeft drukverlies van ~18 Pa bij 235 m³/h; PVC materiaal;
droge lucht T=7 °C
Voorbeeld: drie 90° bochten (3 x 18 Pa = 54 Pa) + twee 1 m rechte
buizen (2 x 1 m x 3 Pa = 6 Pa) = totaal 60 Pa
Voorbeeld: twee 90º bochten (2 x 18 Pa = 36 Pa) + acht 1 m rechte
buizen (8 x 1 m x 3 Pa = 24 Pa) = totaal 60 Pa
▶ 45° bocht geeft drukverlies van ~9 Pa bij 235 m³/h; PVC materiaal;
droge lucht T=7 °C
Compress 5000 DW – 6721862857 (2023/01)
⌀125mm ⌀125mm
0010045156-001
0010048551-001
EPP
▶ Drukverlies van 1 m rechte buis geeft een drukverlies van ~3,3 Pa bij
3
235 m
/h; EEP materiaal; droge lucht T=7 °C
▶ 90º bocht geeft drukverlies van ~3.5 Pa bij 235 m³/h; EEP materi-
aal; droge lucht T=7 °C
Voorbeeld: drie 90º bochten (3 x 3,5 Pa = 10,5 Pa) + vier 1 m rechte
buizen (4 x 1 m x 3,3 Pa = 13,2 Pa) = totaal 23,7 Pa
Voorbeeld: twee 90º bochten (2 x 3,5 Pa = 7 Pa) + acht 1 m rechte
buizen (8 x 1 m x 3,3 Pa = 26,4) = totaal 33,4 Pa
▶ 45° bocht geeft drukverlies van ~2 Pa bij 235 m
droge lucht T=7 °C
Tijdens het bedrijf verlaagt het toestel de omgevingstemperatuur wan-
neer de luchtleidingen niet naar buiten worden geleid.
Om te voorkomen dat vreemde objecten het toestel binnendringen,
is het volgende noodzakelijk:
▶ Installeer een beschermrooster in de uitlaatleiding, die de lucht naar
buiten toe afvoert. Dit rooster moet een laag drukverlies hebben om
de maximale prestaties van het toestel te waarborgen.
Voor het vermijden van condensophoping is het noodzakelijk om:
▶ De luchtafvoerleidingen te isoleren en de luchtkanaalkoppelingen
met stoomdichte thermische bekleding van voldoende dikte uit te
voeren.
Teneinde condenswater in de uitblaasleiding te voorkomen, wordt aan-
bevolen:
▶ De luchtafvoerleidingen te isoleren en de luchtkanaalkoppelingen
met stoomdichte thermische bekleding van voldoende dikte uit te
voeren.
Indien nodig kunnen geluidsdempers worden gemonteerd om stro-
mingsgeluiden te voorkomen.
▶ Voer de leidingen, wanddoorvoeren en koppelingen op de warmte-
pomp uit met trillingsdempende systemen.
WAARSCHUWING
Risico voor de omgeving!
Het gelijktijdig gebruik van een open verbrandingssysteem (bijv. een
open haard) met de warmtepomp heeft een gevaarlijke omgevingsdruk-
val tot gevolg. Dit kan het terugstromen van rookgassen in de ruimte tot
gevolg hebben.
▶ Gebruik de warmtepomp nooit samen met een open verbrandingssy-
steem.
▶ Gebruik alleen goedgekeurde gesloten verbrandingssystemen met
een eigen kanaal voor de rookgasafvoer.
▶ Houd de deuren van de warmtepompruimte gesloten. Waarborg dat de
warmtepompruimte is geïsoleerd ten opzichte van andere ruimten.
▶ Houd de deuren van de warmtepomp gesloten wanneer er geen ver-
brandingsluchttoevoer voor alle ruimten is.
Pre-installatie
3
/h; EPP materiaal;
11