Inhoudsopgave
Advertenties
Beschrijving van componentparameters
Er zijn twaalf groepen parameters; één groep per component. In parameterafdrukken is het
eerste cijfer in de parameternaam het componentnummer.
RP 00010
Extra dosering op basis van percentage bij tekort
RD 00300
Extra dosering op basis van gram bij tekort
RP is het materiaaltekort uitgedrukt als PERCENTAGE van het doelgewicht van de
dosering, en RD is het materiaaltekort uitgedrukt in GRAM. Deze parameters
worden samen gebruikt, waarbij elk van beide een 'extra dosering' forceert. Er
hoeven geen wijzigingen aangebracht te worden. Een 'extra dosering' is een
aanvulling van de materiaalhoeveelheid die er ten opzichte van het doelgewicht
tekort is.
Extra doseringen gaan door tot het verschil tussen de vereiste hoeveelheid en de
gedoseerde hoeveelheid gelijk is aan of kleiner is dan _RP (percentage) en _RD
(gewichtswaarde in gram). Zowel aan RP als aan RD moet voldaan zijn voordat het
proces voortgezet wordt. Hierop is één uitzondering: Als de ALARMPARAMETER
(AL) ingesteld is op 00000 – wat aangeeft dat u niet wilt dat het proces stopt en er
een alarm klinkt bij een tekort –, wordt de eerste dosering altijd geaccepteerd en
volgen er geen extra doseringen. RD wordt ingesteld met behulp van de routine
'Kalibratie van materiaaldebiet', en verandert dus in de loop van de tijd.
AL 00000
Laatste cijfer = aantal extra doseringen vóór ALARM
00001 tot en met 00009 = alarm klinkt, proces stopt.
00011 tot en met 00019 = alarm klinkt, proces gaat door.
Deze parameters stellen ALARMFUNCTIES in. Wanneer het materiaal opraakt of
niet volledig gedoseerd wordt, regelen deze parameters hoe de controller moet
reageren. De weergegeven standaardinstellingen gelden voor nieuw materiaal,
kleur en additief maar niet voor maalgoed.
Stelt het alarm in per component wanneer het materiaal opraakt.
Het laatste cijfer duidt het aantal extra doseringen aan voordat er actie volgt.
00000
00001 tot en met 09 = ALARM, extra doseringen gaan door.
00011 tot en met 19 = ALARM, extra doseringen stoppen, proces gaat door.
00021 tot en met 29 = ALARM, extra doseringen stoppen, proces stopt. Druk op de
knop 'Silence Alarm' (Alarm uitzetten) om extra doseringen opnieuw te starten.
00031 tot en met 39 = GEEN ALARM, extra doseringen stoppen, proces gaat door.
De eerste 3 cijfers (000xx) worden gebruikt om bij een overdosering te
ALARMEREN en het proces te STOPPEN. Uitgedrukt in gram of als percentage.
Gram: 001 – 499.
Percentage: 501 – 599 (1% tot 99%).
1LA 00020
Mechanische responsvertraging voordat dosering DAADWERKELIJK start
(milliseconden)
LA is de vertraging tussen het tijdstip waarop een apparaat of onderdeel een signaal
krijgt, en het tijdstip waarop het daadwerkelijk in werking treedt. Als een
doseringsunit vervangen wordt, moet LA mogelijk gewijzigd worden.
= GEEN ALARM, GEEN EXTRA DOSERINGEN
59
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
