Waarschuwing
Inbedrijfstelling dient uitgevoerd te worden door
bevoegd personeel.
Waarschuwing
De bedieningskast moet dicht blijven tijdens de inbe-
drijfstelling.
Schakel de pomp pas in wanneer deze met water is
Voorzichtig
gevuld en ontlucht is.
De pomp mag niet tegen een gesloten klep draaien
Voorzichtig
omdat dit een onaanvaardbare temperatuurstijging of
vorming van damp kan veroorzaken.
Zie ook de installatie- en bedieningsinstructies van
N.B.
de bedieningskast.
U mag het setpoint voor het motortoerental (tpm) niet
Voorzichtig
wijzigen.
Pompset met dieselmotor:
We adviseren u om voorafgaand aan de inbedrijfstel-
N.B.
ling de dieselmotor te registreren. In verband met
garantie. Ga naar www.clarkefire.com: SERVICE,
PARTS & WARRANTY.
8.2 Voorbereidingen vóór inbedrijfstelling
De onderstaande voorbereidingsacties gelden voor toepassingen
met positieve voordruk.
1. Controleer dat alle schroeven goed vast zitten.
2. Controleer dat alle leidingen en slangen correct geïnstalleerd
zijn.
3. Controleer alle elektrische aansluitingen.
4. Controleer dat alle zekeringen in de bedieningskast ingescha-
keld zijn.
5. Controleer de uitlijning van de koppeling. Zie paragraaf
6.4 Uitlijnen.
6. Controleer of de koppelingsbescherming correct is geïnstal-
leer en of alle schroeven zijn aangedraaid tot 10 Nm voor M6
en 25 Nm voor M8.
7. Controleer dat alle veiligheidsapparatuur geïnstalleerd is.
8. Zorg ervoor dat alle opslagtanks en de aanzuigtank voor de
pomp met water zijn gevuld.
9. Stel de drukschakelaars in conform de instructies. Systeem-
druk min 0,5 bar kan worden gebruikt als referentiewaarde.
10. Open de isolatie-afsluiters aan de zuig- en perszijde.
De statische geometrische zuigdruk van de hoofdwatertank
vult de zuigleiding, persleiding en pomp met water.
11. Verwijder alle lucht uit het pomphuis en de zuigleiding door de
automatische overdrukklep boven op de pomp te openen.
Draai de as enkele keren indien mogelijk om lucht die zich
binnen in de waaierdoorlaten bevindt te laten ontsnappen.
12. Sluit de afsluitkleppen aan de zuig- en perszijde.
Afb. 29 Ontluchter
8.2.1 Pompset met dieselmotor
Controleer voorafgaand aan de inbedrijfstelling het
Voorzichtig
oliepeil en het peil van het koelmiddel in de motor.
Zie de installatie- en bedieningsinstructies van de
N.B.
dieselmotor.
1. Controleer de spanning van de V-snaar.
2. Controleer het oliepeil en vul de olie bij, indien noodzakelijk.
3. Controleer het peil van het koelmiddel en vul zo nodig koel-
middel bij.
4. Controleer of alle slangverbindingen in het koelcircuit goed
vastzitten en niet lekken.
5. Vul de brandstoftank met diesel en ontlucht de brandstoflei-
dingen.
17