4. Inspectieplan
Wij raden u het volgende onderhoudsplan aan om de lange levensduur en de kwaliteit van de soepelheid van
uw fiets te garanderen:
Na elk gebruik
van de fiets
Na de eerste
200 km en
vervolgens elk jaar
Tussen
300 en 500km
Na 1.000 km
Na 3.000km
Na elk contact met
regen / sneeuw /
modder / zand...
• de spaken,
• slijtage en concentriciteit van de
velgen,
• schade aan en aanwezigheid van
vreemde objecten in de banden,
• de banden en de binnenbanden.
Verzeker de controle van de
aanhaalkoppels van:
• de stuurstang, • de pedalen,
• de stangen, • het zadel,
• de zadelpen en
Laat de slijtage aan slijtonderdelen
controleren en vervang ze indien
nodig:
• de ketting,
• de cassette,
• de tandwielen,
• de velg en de remvoeringen.
Laat de remblokken controleren. Als deze versleten zijn, laat ze dan vervangen.
Vertrouw de werken met betrekking
tot:
• de naven,
• de kit van de stuurinrichting,
• de pedalen,
• de transmissie- en remkabels
Reinig en smeer:
• het mechanisme om van versnelling te wisselen,
• de remmen (met uitzondering van de remoppervlakken) en de ketting.
• de snelspanmoeren,
• de werking van de transmissie en
de ophanging,
• de remmen en de dichtheid van de
hydraulische remmen
• de bevestigingsschroeven.
Laat de volgende onderdelen
opnieuw aanpassen:
• kit van de stuurinrichting,
• transmissie, • remmen,
• elementen van de ophanging
• Toestand van de kabels
Reinig de ketting, cassette en
tandwielen.
Smeer de ketting met een gepast
smeermiddel.
Controleer of alle schroeven goed
vastzitten.
Toe aan een gespecialiseerde
werkplaats voor:
• hun demontage,
• hun controle,
• hun reiniging,
• hun smeermiddel en, indien nodig,
hun vervanging.
84