Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 3 Menubewerkingen
3-2
Instelling monstertype
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u het monstertype en het patiënttype instelt.
Beschikbare instellingen
Onderdeel
Monstertype
Patiënttype
REFERENTIE: Als het patiënttype niet geregistreerd is, wordt het item patiënttype niet weergegeven. Zie "4-5-2 Optie-
instellingen" in de "Bedieningshandleiding van de SPOTCHEM D-00" voor meer informatie over het registreren van het
patiënttype.
1
Het scherm <Instelling monstertype> weergeven
Druk op [5] op het scherm [Hoofdmenu].
1
REFERENTIE: U kunt in het statusweergavescherm ook op [5] drukken
om het scherm <Instelling monstertype> weer te geven.
2
Stel het monstertype in
Druk op de knop [
1
selecteer het monstertype en druk op de knop
OPMERKING:
• Afhankelijk van het reagens kunnen sommige monstertypes niet
worden gemeten.
• Lees de bij het reagens geleverde bijsluiter voor meer informatie over
de monstertypes die gemeten kunnen worden.
3
Stel het patiënttype in
Druk op de knop [
1
knop
.
REFERENTIE: Als het patiënttype niet geregistreerd is, wordt het item
patiënttype niet weergegeven. Zie "4-5-2 Optie-instellingen" in de
"Bedieningshandleiding van de SPOTCHEM D-00" voor meer
informatie over het registreren van het patiënttype.
D-03
3-4
Hiermee stelt u het monstertype in dat moet worden gemeten.
Hiermee selecteert u het patiënttype dat eerder met de bedieningseenheid
werd geregistreerd.
] op het scherm <Instelling monstertype>,
], selecteer het patiënttype en druk op de
Beschrijving
.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
