11 Storingen in comfort
In de meeste gevallen merkt de S1155 een storing op
(een storing kan leiden tot een verstoring van het com-
fort) en geeft dit met alarmen en aanwijzingen voor actie
aan op het display.
Infomenu
Alle meetwaarden van de warmtepompen zijn samen-
gebracht onder menu 3.1 (Bedrijfsinfo) in het menusys-
teem van de warmtepomp. Vaak is het een stuk eenvou-
diger om de oorzaak van de storing te vinden door de
waarden in dit menu te bekijken.
Alarm beheren
In het geval van een
alarm is er een sto-
ring opgetreden en
Uw systeem heeft een actief alarm.
Selecteer een actie hieronder of vraag uw installateur.
het statuslampje
brandt permanent
rood. U ontvangt in-
formatie over het
alarm in de Smart-
guide op het dis-
S1155 has no contact with the outdoor temperature sensor. Calculated flow
play.
line temperature is set to min. flow line. If a higher temperature is desired then
min. flow line can be temporarily changed in menu 1.30.4. Check the
connection to the outdoor temperature sensor and reset the alarm. If the alarm
recurs, select aid mode and contact your installer.
ALARM
Bij een alarm met
een rood status-
lampje is er een
storing opgetreden die de S1155 niet zelf kan verhelpen.
Op het display kunt u het type alarm zien en het reset-
ten.
In veel gevallen is het voldoende om "Reset het alarm"
te selecteren om de installatie te laten terugkeren naar
normaal bedrijf.
Als er een wit lampje gaat branden na het selecteren
van "Alarm resetten", is het alarm verholpen.
Als het rode lampje blijft branden of als het alarm op-
nieuw optreedt, is de oorzaak van het probleem nog
aanwezig.
"Hulpstand" is een type noodstand. Dit betekent dat de
installatie warmte en/of warmtapwater probeert te pro-
duceren, zelfs als er een probleem is. Dit kan betekenen
66
Hoofdstuk 11 | Storingen in comfort
12 °C 13.45 3 oktober
Ik wil meer zien over het alarm
Ik wil instellingen voor mijn systeem wijzigen
12 °C 13.45 3 oktober
Reset alarm
Hulpstand
dat de compressor van de warmtepomp niet in bedrijf
is. In dit geval produceert de elektrische bijverwarming
warmte en/of warmtapwater.
LET OP!
Om "Hulpstand" te selecteren, moet er een
alarmhandeling worden geselecteerd in menu
7.1.8.1 – "Alarmhandelingen".
LET OP!
Het selecteren van "Alarmhandelingen" is iets
anders dan het verhelpen van het probleem
dat het alarm heeft veroorzaakt. Het statuslamp-
je blijft daarom rood.
Indien de bedrijfsstoring niet wordt weergegeven op
het display, kunt u de volgende adviezen opvolgen:
BASISHANDELINGEN
Controleer eerst de volgende zaken:
• Groeps- en hoofdzekeringen van de woning.
• De aardlekschakelaar van de woning.
• Automatische zekering voor S1155 (FC1).
• De temperatuurbegrenzer in S1155 (FQ10).
• Juist ingestelde laadmonitor (indien geïnstalleerd).
LAGE WARMTAPWATERTEMPERATUUR OF
GEBREK AAN WARMTAPWATER
• Gesloten of gesmoorde vulklep voor het warmtapwa-
ter.
– Open de afsluiter.
• Mengklep (als er één geïnstalleerd is) te laag ingesteld.
– Stel de mengklep af.
• S1155 in onjuiste bedrijfsstand.
– Open menu 4.1. ("Bedrijfsstand"). Als de modus "auto" is
geselecteerd, selecteer dan een hogere waarde voor "stop
bijverwarming" in menu 7.1.10.2.
– Als "handmatig" is geselecteerd, selecteert u "bijverwar-
ming".
NIBE S1155