OSI-RE by Xtralis
12 Bekabelingsrichtlijnen
Installeer alle bekabeling altijd in overeenstemming met de nationale elektrotechnische normen en/of de
toepasselijke lokale normen en eventuele speciale voorschriften van de plaatselijke bevoegde autoriteiten.
Gebruik geschikte kabeldiameters en de juiste middelen voor trekontlasting. De geleiders die worden gebruikt
om beamdetectors aan te sluiten op bedieningspanelen en accessoires, moeten een kleurcodering hebben om
de kans op bekabelingsfouten te verkleinen. Onjuiste aansluitingen kunnen ervoor zorgen dat een systeem bij
brand niet goed reageert.
Installatiekabel kabel voor de beamdetector moet minimaal 22 AWG (1,0 mm
systeemprestaties moet alle bekabeling twisted pair zijn en in een aparte geaarde leiding worden
geïnstalleerd. Plaats de bekabeling van het brandmeldsysteem NIET in dezelfde leiding als andere
elektrische bekabeling.
Bij het installeren van de beamdetector in toepassingen waarbij de hoofdunit aan een muur of aan het plafond
wordt gemonteerd, worden de multimontagesets (6500MMK) en flexibele leiding gebruikt. De
multimontageset 6500MMK moet met de kabel worden geïnstalleerd voordat u de unit omdraait.
Als de detector over een verzonken aansluitdoos is gemonteerd, moet alle bekabeling uit de behuizing en
achter de detector naar de onderkant van de detector worden geleid waar de aansluitklemmen zich bevinden.
Zorg er bij het installeren van de bekabeling in de aansluitdoos voor dat er voldoende lengte in de behuizing zit
om op de aansluitklemmen aan te sluiten. Voor een juiste installatie heeft u ongeveer 23 cm kabel buiten de
aansluiting nodig. Alle bekabeling naar de detector gebeurt via insteekklemmen. Om op de juiste manier
elektrische aansluitingen te maken, moet u ongeveer 6 mm isolatie van het uiteinde van de kabel strippen,
waarbij u het uiteinde van de kabel onder de klemplaatschroef schuift.
Afbeelding 12-2 toont het juiste bedradingsschema voor gebruik van klasse A of klasse B.
Afbeelding 12-3 toont alle bedradingsverbindingen naar de zender/ontvanger-eenheid.
Afbeelding 12-4 toont de aansluitingen die nodig zijn bij gebruik van een van de optionele remote teststations.
Afbeelding 12-5 toont de remote uitgangen voor storing en alarm.
37463_01 | Januari 2023
Afbeelding 12-1: Montagerichtlijnen detector
OSI-RE Installatie Handleiding
2
) zijn. Voor de beste
22