Opmerking: Het decimaalteken 'drijft' bij opeenvolgende berekeningen waarbij
of
gebruikt wordt.
Als de decimaal-keuzeschakelaar op "F" staat, wordt de uitkomst altijd naar
beneden afgerond ( ).
PAPIERTOEVOERTOETS
#
NIET-TOEVOEGEN / SUBTOTAAL TOETS:
Niet toevoegen – Wanneer meteen nadat een getal is ingevoerd op deze toets wordt
gedrukt, en de calculator staat in de afdrukstand, zal het getal aan
de linkerzijde afgedrukt worden samen met het "#" symbool.
Gebruik deze toets om getallen af te drukken die niet in de
berekeningen moeten worden opgenomen (zoals een code of
datum).
Subtotaal –
Gebruik deze toets om de subtotalen van optellingen en/of
aftrekkingen te berekenen. Als na het indrukken van
deze toets wordt gedrukt, zal het subtotaal samen met het symbool
" " worden afgedrukt en kan de berekening worden vervolgd.
WISSEN / INVOER WISSEN TOETS:
C CE
Wissen –
De toets werkt eveneens als wistoets voor het rekenregister
en herstelt een eventuele fout-conditie.
Invoer wissen – Wanneer op de toets wordt gedrukt nadat een getal is
ingevoerd, maar voordat de rekenfunctietoets is ingedrukt,
wordt het getal gewist.
TOTAAL TOETS:
Wanneer op de toets wordt gedrukt nadat er op
het totaal van de optelling of aftrekking afgedrukt samen met het symbool "
GELIJKTEKEN TOETS :
Geeft de uitkomst voor vermenigvuldigingen of delingen en voert
herhalingsberekeningen uit met een constante.
Vermenigvuldigen:
De calculator onthoudt automatisch het eerste getal dat wordt ingevoerd (het
vermenigvuldigtal) en de
Delen:
De calculator onthoudt automatisch het tweede getal dat wordt ingevoerd (de
deler) en de
instructie.
+
–
of op
is gedrukt, wordt
instructie.
+ –
POSITIEF/NEGATIEF-OMSCHAKELTOETS:
Voor het veranderen van het algebraïsche teken van een getal(positief naar
negatief, of omgekeerd).
PRIJSBEREKENINGSTOETS:
MU
Voor het berekenen van procentuele verhogingen, winstmarge, procentuele
veranderingen en toeslag / korting op bedragen.
M
GEHEUGEN 'OPROEP- EN WISTOETS'
M
GEHEUGEN OPROEPTOETS
STR
TARIEF-INSTELTOETS:
Deze toets wordt gebruikt voor het vastleggen van het belastingtarief.
• Maximaal kunnen 4 cijfers worden vastgelegt (het decimaalteken wordt niet
als een cijfer geteld).
+
–
of
op
• Er kan slechts één tarief worden vastgelegt. Bij het vastleggen van een
nieuw tarief komt het oude tarief te vervallen.
TAX +
INCLUSIEF-BELASTINGTOETS
TAX -
VÓÓR-BELASTING TOETS
DISPLAY SYMBOLEN:
M
: Geheugen-symbool
Verschijnt als er een getal in het geheugen is.
–
: Min-symbool
Geeft een negatief getal aan.
E
: Fout-symbool
∗
".
Verschijnt wanneer er een overloopfout of andere fout wordt
waargenomen.
TAX+ : Inclusief-belasting symbool
Verschijnt wanneer het berekende totaal inclusief belasting is.
TAX- : Vóór-belasting symbool
Verschijnt wanneer het berekende totaal exclusief belasting is.
TAX
: Belastingtarief-symbool
Verschijnt wanneer het belastingtarief wordt ingesteld.
– 31 –