6.4 Automatische bedrijfscyclus
F01=01- VOLLEDIGE STIJG- EN DAALCYCLUS
Automatische cyclus om de pallet van de basis tot de top en weer naar de basis te omwikkelen.
F01=02- CYCLUS ENKEL STIJGING OF ENKEL DALING
Voor de cyclus "enkel stijging" of "enkel daling" is een maximumhoogte van 1500mm
vereist van het te omwikkelen product. Als deze hoogte wordt overschreden, moeten
geschikte persoonlijke beschermmiddelen worden gebruikt daar gevaar voor vallen
bestaat.
Automatische cyclus om het product op de pallet te omwikkelen, vanaf de basis tot de top of vanaf de
top tot de basis.
OM VEILIGHEIDSREDENEN, MOET DE BEDRIJFSNELHEID VAN DE WERKENDE ROBOT
WORDEN INGESTELD DOOR REKENING TE HOUDEN MET DE EVENTUELE REMWEG
AFHANKELIJK VAN HET
TYPE VLOER.
F10 - CYCLUS MET START OP VOORBEPAALDE HOOGTE
Automatische cyclus om de pallet te omwikkelen, vertrekkend van een voorbepaalde hoogte waarvan
de waarde kan worden ingesteld via de functie F10.
F11 - CYCLUS MET HALTE OP EEN VOORBEPAALDE HOOGTE
Automatische cyclus om de pallet te omwikkelen met een halte op een voorbepaalde hoogte,
instelbaar via de functie F11.
F12 - ANDERS DAN 50- CYCLUS MET HOOGTEMETER
Automatische cyclus waarmee de pallet wordt omwikkeld vanaf de basis tot een bepaalde hoogte die
vooraf wordt ingesteld met de functie F12 en waarna teruggekeerd wordt naar de basis.
F21 - ANDERS DAN 4.0-CYCLUS SPECIALE PALLETS
Automatische cyclus die zorgt voor het omwikkelen van producten met een grote omtrek, waarvan de
waarde wordt ingesteld met behulp van de parameter F21.
F22=01- VOLLEDIGE STIJG- EN DAALCYCLUS MET PAUZE
Voor de cyclus "enkel stijging" of "enkel daling" is een maximumhoogte van 1500mm
vereist van het te omwikkelen product. Als deze hoogte wordt overschreden, moeten
geschikte persoonlijke beschermmiddelen worden gebruikt daar gevaar voor vallen
bestaat.
Automatische cyclus "stijging en daling" of enkel "stijging met pauze" bij bereik van de top van het te
omwikkelen product; voor de pauze kan de wagen een bepaalde afstand dalen, instelbaar via F23. De
machine stopt en wacht op een nieuwe start terwijl een traag intermitterend signaal optreedt.
Om de wikkelcyclus in pauze te vervolledigen, moet op de drukknop cyclusstart (A) worden gedrukt.
Als de ingestelde cyclus "stijging en daling" is, zal de wagen stijgen, dalen en de cyclus is voltooid.
Als de ingestelde cyclus enkel stijging is, zal de wagen stijgen en de cyclus is voltooid.
Bij elk van deze cycli kunnen verschillende functies worden ingesteld om:
- versterkingsomwentelingen uit te voeren aan de beide uiteinden, het aantal wordt ingesteld met de
functies F05 en F06;
- op een vooraf ingestelde hoogte, welke waarde wordt ingesteld met de functie F08, een bepaald
aantal versterkingsomwentelingen uit te voeren, ingesteld met de functie F07,
- af te stellen: de stijgsnelheid via de functie F03, de daalsnelheid via de functie F04;
- de omwentelsnelheid rond de pallet via de functie F02; de overschrijding van de top van het pak via
de functie F09.
6-25