Danfoss VLT HVAC Drive Bedieningshandleiding pagina 30
Verberg thumbnails
Zie ook voor VLT HVAC Drive:
- Programmeerhandleiding (249 pagina's) ,
- Handleiding (195 pagina's) ,
- Bedieningshandleiding (173 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Opstarten en functionele te...
3.
Gebruik de navigatietoetsen om naar parame-
tergroep 0-0* Basisinstellingen te gaan en druk op
[OK].
3
3
Afbeelding 3.2
4.
Gebruik de navigatietoetsen om naar
0-03 Regionale instellingen te gaan en druk op
[OK].
Afbeelding 3.3
5.
Gebruik de navigatietoetsen om Internationaal of
Noord-Amerika te selecteren en druk op [OK].
(Hierdoor worden de standaardinstellingen voor
een aantal basisparameters gewijzigd. Zie
5.4 Standaard parameterinstellingen voor Interna-
tionaal/Noord-Amerika voor een volledige lijst.)
6.
Druk op de toets [Quick Menu] op het LCP.
7.
Gebruik de navigatietoetsen om naar parame-
tergroep Q2 Snelle setup te gaan en druk op [OK].
Afbeelding 3.4
8.
Selecteer de gewenste taal en druk op [OK]. Voer
de motorgegevens in parameter 1-20/1-21 tot en
met 1-25 in (geldt alleen voor inductiemotoren;
deze parameters voorlopig overslaan voor PM-
motoren). Deze informatie is te vinden op het
28
®
VLT
0.0%
0.00A
Operation / Display
0-0
Basic Settings
*
0-1
*
Set-up Opperations
0-2
LCP Display
*
0-3
*
LCP Custom Readout
0.0%
0.00A
Basic Settings
0-03 Regional Settings
[0] International
13.7%
13.0A
Quick Menus
Q1 My Personal Menu
Q2 Quick Setup
Q3 Function Setups
Q5 Changes Made
MG11AH10 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
HVAC Drive Bedieningshandleiding
motortypeplaatje. Het volledige snelmenu wordt
weergegeven in 5.5.1 Opbouw snelmenu .
1(1)
0-
**
Afbeelding 3.5
1(1)
0-0
*
9.
Voor het beste resultaat slaat u 1-28 Controle
draair. motor over totdat de basisprogrammering
is voltooid. Dit zal worden getest na de
basissetup.
10.
De aanbevolen instelling voor 3-41 Ramp 1
aanlooptijd is 60 seconden voor ventilatoren en
10 seconden voor pompen.
11.
De aanbevolen instelling voor 3-42 Ramp 1
uitlooptijd is 60 seconden voor ventilatoren en 10
seconden voor pompen.
12.
Voer de toepassingsvereisten voor
4-12 Motorsnelh. lage begr. [Hz] in. Als deze
waarden op dit moment nog niet bekend zijn,
bevelen we onderstaande waarden aan. Deze
waarden zorgen ervoor dat de
frequentieomvormer bij de eerste inschakeling zal
werken. Neem echter wel alle benodigde
voorzorgsmaatregelen om beschadiging van de
1(1)
apparatuur te voorkomen. Verzeker u ervan dat
de aanbevolen waarden veilig zijn voor een
functionele test voordat u de apparatuur
inschakelt.
13.
Stel 4-14 Motorsnelh. hoge begr. [Hz] in op de
motorfrequentie uit 1-23 Motorfrequentie.
14.
Laat 3-11 Jog-snelh. [Hz] (10 Hz) op de fabrieksin-
stelling staan (wordt niet gebruikt bij de eerste
programmering).
15.
Tussen de stuurklemmen 12 en 27 zou een
jumperkabel aanwezig moeten zijn. Als dat het
1-20 Motorverm. [kW] of 1-21 Motorverm.
[PK]
1-22 Motorspanning
1-23 Motorfrequentie
1-24 Motorstroom
1-25 Nom. motorsnelheid
0.0 Hz
0.00kW
Motor Setup
1 - 21 Motor Power [kW]
4.0
kW
Ventilator = 20 Hz
Pomp = 20 Hz
Compressor = 30 Hz
1(1)
Q2
Advertenties
Inhoudsopgave
