EEN TEKEN-UW-EIGEN-KAART-TRAINING
CREËREN
Om een teken-uw-eigen-kaart-training te gebruiken,
moet u zijn aangemeld bij uw iFIT-account (zie stap 3
op bladzijde 27) en moet het bedieningspaneel zijn ver-
bonden met een draadloos netwerk (zie VERBINDEN
MET EEN DRAADLOOS NETWERK op bladzijde 30).
1. Druk op het scherm of een toets op het
bedieningspaneel om het bedieningspaneel in
te schakelen.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL INSCHAKELEN op
bladzijde 21. Let op: Het kan maximaal een paar
minuten duren voordat het bedieningspaneel
klaar is voor gebruik.
2. Een teken-uw-eigen-kaart-training selecteren.
Wanneer u het bedieningspaneel inschakelt, zal
het startscherm verschijnen nadat het bedie-
ningspaneel is opgestart.
Als een training is geselecteerd, drukt u op het
scherm en volgt u de aanwijzingen om de trai-
ning te beëindigen en om terug te keren naar het
startscherm. Indien een instellingenmenu is gese-
lecteerd, drukt u op de terugtoets (pijlsymbool) om
terug te keren naar het startscherm.
Druk onderaan het scherm op de toets Create
(creëren) om een teken-uw-eigen-kaart-training te
selecteren.
3. Een training op de kaart tekenen.
Navigeer naar het gebied op de kaart waar u een
training wilt tekenen door in het zoekvak te typen,
of door met uw vingers over het scherm te glijden.
Druk op het scherm om het startpunt van de trai-
ning toe te voegen. Druk vervolgens op het scherm
om het eindpunt van de training toe te voegen.
Als het startpunt van de training ook het eindpunt
is, drukt u op Close Loop (rondje sluiten) of Out &
Back (naar buiten en terug) in de kaartopties. U
kunt ook selecteren of u wilt dat de training over de
weg gaat.
Als u een fout maakt, drukt u op Undo (ongedaan
maken) in de kaartopties.
Het scherm geeft de hoogte- en afstandsstatistie-
ken voor de training weer.
4. De training opslaan.
Druk op de opties op het scherm om de training op
te slaan. Voer desgewenst een titel en beschrijving
voor de training in.
5. Voorbereiden op de training.
Druk op Start Workout (training starten) en begin te
fietsen. Er begint een opwarmingsperiode.
Voor het gebruiken van de ventilator, zie blad-
zijde 31.
Voor gebruik van de Bluetooth-hoofdtelefoon,
zie bladzijde 31.
Voor gebruik van een hartslagmonitor, zie blad-
zijde 31.
6. De training starten.
Druk op End Warmup (opwarming beëindigen)
of fiets tot de opwarmingsperiode eindigt om de
training te starten. De training werkt op dezelfde
manier als een aanbevolen training (zie stap 5 op
bladzijde 24).
7. Zet het bedieningspaneel uit als u klaar bent
met oefenen.
Zie HET BEDIENINGSPANEEL UITZETTEN op
bladzijde 21.
26