4 Monteren
Verlenging dippijp
Instructies en eisen
dippijp
22
1
Fig. 17: Lasverbinding bij verlenging dippijp voor verschillende voorbeelddia-
meters
1
Positie van de lasnaad bij langsgelaste pijpen
Instructies voor uitlijnen van de polarisatie
•
Let op de markering van de polarisatie op de sensor
•
Bij schroefdraaduitvoeringen bevindt de markering zich op de
zeskant, bij flensuitvoeringen tussen twee flensgaten.
•
De markering moet in één vlak liggen met de boringen in de
dippijp
Instructies meting
•
Het 100%-punt moet onder het bovenste ontluchtingsgat en de
antennerand liggen.
•
Het 0%-punt is het uiteinde van de dippijp.
•
Bij de parametrering moet "Toepassing standpijp" worden gekozen
en de pijpdiameter worden ingevoerd, om fouten door looptijdver-
schuiving te compenseren.
•
Een stoorsignaalonderdrukking bij ingebouwde sensor verdient
aanbeveling, is echter niet dwingend noodzakelijk.
•
De meting door een kogelkraan met volledige doorlaat is mogelijk
ø 88,9 mm
(3.5")
26 mm
(1.02")
2 mm
(0.08")
5 mm
(0.20")
VEGAPULS 61 • Foundation Fieldbus