36
– tijdens deze tests moet het testobject in elke willekeurige
positie over de hele lengte van de slagboom door de fo-
tocellen worden waargenomen
controleer of er geen interferenties zijn tussen de fotocellen
7.
en andere inrichtingen:
– met een cilinder (diameter 5 cm, lengte 30 cm) onder-
breekt u de optische as die het koppel fotocellen ver-
bindt. Schuif hem eerst voorbij de fotocel TX, daarna
voorbij de RX en uiteindelijk in het midden, tussen de
twee fotocellen
37
– controleer of de inrichting in alle gevallen reageert, door
van de status 'actief' over te gaan naar de status 'alarm'
en andersom
– controleer of de beoogde actie wordt veroorzaakt in de
besturingseenheid (bijvoorbeeld, omkering van de be-
weging bij de sluitmanoeuvre)
8.
controle van de beveiliging tegen gevaar van stijging:
bij automatiseringen met verticale beweging moet worden
gecontroleerd of er geen optilgevaar bestaat. Deze test kan
op de volgende manier worden uitgevoerd:
– hang op de helft van de slagboom een gewicht van 20 kg
(bijvoorbeeld, een zak grind)
– bedien een openingsmanoeuvre en ga na of de slag-
boom bij deze manoeuvre niet hoger dan 50 cm boven
zijn gesloten stand komt
– in het geval de slagboom deze hoogte overtreft, dient
u de motorkracht te verminderen (zie hoofdstuk "PRO-
GRAMMERING")
2 0 0
3 0 0
2 0 0
3 0 0
als gevaarlijke situaties, die worden veroorzaakt door de
9.
beweging van de slagboom, opgeheven zijn door middel
van begrenzing van de stootkracht, moet de kracht worden
gemeten volgens de voorschriften van de norm EN 12445.
Eventueel, als de controle van de "motorkracht" wordt ge-
bruikt als hulpmiddel voor het systeem om de stootkracht
te verlagen, moet de regeling uitgeprobeerd en gevonden
worden die de beste resultaten oplevert
10.
controle van de werking van het ontgrendelingssys-
teem:
– doe de slagboom in de sluitpositie en voer een hand-
matige ontgrendeling uit (zie paragraaf "Handmatig ont-
grendelen en vergrendelen van de reductiemotor")
– controleer of dit zonder problemen gebeurt
– controleer of de handbediende kracht om de slagboom
in de geopende stand te bewegen niet groter is dan 200
N (circa 20 kg)
– de kracht wordt haaks op de slagboom gemeten en op 1
m vanaf de rotatieas
11.
controle van het afkoppelingssysteem van de voe-
ding:controleer, door de afkoppelingsvoorziening van de
voeding te bedienen en de eventuele bufferbatterijen af te
koppelen, of alle leds op de besturingseenheid uit zijn en of
de slagboom niet beweegt wanneer er een instructie wordt
verzonden. Controleer de werking van het ontgrendelings-
systeem om onopzettelijke of ongeoorloofde heraankoppe-
ling te vermijden.
6.2 INBEDRIJFSTELLING
a
De inbedrijfstelling kan alleen plaatsvinden nadat alle
fasen van de eindtest met succes zijn doorlopen.
a
Voordat u de automatisering in bedrijf stelt, dient u de
eigenaar voldoende op de hoogte te stellen van nog
aanwezige gevaren en restrisico's.
a
Het is verboden om de installatie gedeeltelijk of on-
der "tijdelijke" omstandigheden te laten werken.
Voer de inbedrijfstelling als volgt uit:
stel het technisch dossier van de automatisering samen met
1.
de volgende documenten: een overzichtstekening van de
automatisering, het schema van de gemaakte elektrische
aansluitingen, de risicoanalyse en bijbehorende toegepas-
te oplossingen, de verklaring van overeenstemming van de
fabrikant van alle gebruikte inrichtingen en de verklaring
van overeenstemming die is opgemaakt door de installateur
2.
breng op de slagboom een niet te verwijderen etiket of
plaatje aan waarop de handelingen zijn aangegeven voor
het ontgrendelen en handmatig bewegen van de slagboom
"Afbeelding 38"
38
NEDERLANDS – 17