Doe het volgende:
druk op de toets
1.
p
sturen; controleer of de slagboom begint te remmen voor hij
de openingspositie bereikt
druk op de toets
2.
q
ren; controleer of de slagboom begint te remmen voor hij
de sluitpositie bereikt
3.
controleer of het ledknipperlicht, indien aanwezig, tijdens
de manoeuvres met een frequentie van 0,5 sec. aan en 0,5
sec. uit knippert
voer meerdere openings- en sluitingsmanoeuvres uit om te
4.
beoordelen of er eventuele montage- of afstellingsdefecten
zijn, of andere onregelmatigheden, zoals punten met een
grotere wrijving.
Na de eerste manoeuvres van openen en sluiten zullen de para-
meters "L5" en "L6" van het niveau 2 van het programmeringsme-
nu automatisch gewijzigd worden door de centrale, om zich beter
aan te passen aan de installatie.
5.5 AANSLUITING VAN ANDERE INRICHTINGEN
Indien het vereist is om externe inrichtingen te voorzien van
stroom, bijvoorbeeld een radio-ontvanger of de verlichting van de
sleutelschakelaar, kan de voeding verkregen worden zoals aan-
gegeven in de afbeelding.
De voedingsspanning is 24Vc -30% ÷ +50% met een maximale
beschikbare stroom van 100mA.
34
STOP
6
EINDTEST EN INBEDRIJFSTELLING
Dit zijn de belangrijkste fasen bij de realisatie van de automatise-
6
EINDTEST EN INBEDRIJFSTELLING
ring om de maximale veiligheid van het systeem te garanderen.
De eindtest kan ook worden gebruikt om de inrichtingen van de
automatisering periodiek te controleren.
m
De testfasen en de inbedrijfstelling van de automa-
tisering moeten worden uitgevoerd door gekwalifi-
ceerd en ervaren personeel, dat de benodigde tests
moet verrichten om de veiligheidsmaatregelen te
controleren en dat tevens moet controleren of de wet-
ten, normen en regels op dit gebied in acht worden
genomen, in het bijzonder de eisen van de norm EN
12445, die de testmethoden voor de controle van au-
tomatiseringen voor poorten bepaalt.
De extra inrichtingen moeten aan een specifieke test worden on-
derworpen, om zowel de werking als de interactie met de bestu-
ringseenheid te controleren. Raadpleeg hiervoor dus de instruc-
tiehandleidingen van de betreffende inrichtingen.
16 – NEDERLANDS
om een "openingsmanoeuvre" aan te
om een "sluitmanoeuvre" aan te stu-
(-)
(+)
SBS
6.1 TEST
De test wordt als volgt uitgevoerd:
controleer of alle informatie beschreven in het hoofdstuk "
1.
ALGEMENE AANBEVELINGEN EN VOORZORGSMAAT-
REGELEN VOOR DE VEILIGHEID" nauwkeurig in acht is
genomen
controleer of de slagboom goed gebalanceerd is (zie para-
2.
graaf "Balancering van de slagboom")
controleer of de handmatige deblokkering goed werkt (zie
3.
paragraaf "Handmatig ontgrendelen en vergrendelen
van de reductiemotor")
4.
gebruik de besturingsinrichtingen (zender, bedienings-
knop, sleutelschakelaar, etc.) om de tests uit te voeren
voor het openen, sluiten en stoppen van de slagboom, en
te controleren of de beweging ervan overeenkomt met de
instelling. Geadviseerd wordt om verschillende tests uit te
voeren om de beweging van de slagboom te beoordelen en
te controleren of er geen sprake is van montage- of afstel-
lingsfouten of ongewenste wrijving
controleer alle veiligheidsinrichtingen in de installatie een
5.
voor een om na te gaan of ze goed werken (fotocellen,
contactlijsten enz.). In het geval dat een inrichting ingrijpt,
knippert de led "Bluebus", die op de besturingseenheid zit,
twee keer snel om te bevestigen dat het ingrijpen is herkend
controleer op de volgende wijze de juiste werking van de
6.
fotocellen:
– op basis van het feit of er een of twee koppels fotocellen
zijn geïnstalleerd, zijn er een of twee blokvormige elemen-
ten van niet-flexibel materiaal nodig (bv. houten panelen)
met een afmeting van 70x30x20 cm. Elk blokvormig ele-
ment moet drie zijden hebben (een voor elke dimensie)
van reflecterend materiaal (bv. spiegel of glanzend wit
gelakt) en drie zijden van mat materiaal (bv. mat zwart
gelakt). Voor de test met de fotocellen op 50 cm boven
de grond geplaatst, moet het blokvormige element op de
grond worden gezet. Voor de test met fotocellen op 1 m
boven de grond moet het 50 cm worden opgetild
– bij een test met één paar fotocellenmoet het testobject
exact onder het midden van de slagboom worden gezet
met de zijden van 20 cm naar de fotocellen toe, en over
de hele lengte van de slagboom worden verplaatst
35
– bij een test met twee paar fotocellenmoet de test eerst
met elk paar fotocellen afzonderlijk worden uitgevoerd
met 1 testobject, en vervolgens worden herhaald met 2
testobjecten; elk testobject moet zijdelings worden ge-
positioneerd ten opzichte van het midden van de slag-
boom, op een afstand van 15 cm, en vervolgens over de
hele lengte van de slagboom worden verplaatst
2 0 0
3 0 0