maximumpeil op de peilstok staat. De motor kan
defect raken als er te veel of te weinig olie in het
carter is.
5. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Belangrijk: De peilstok moet volledig in de buis
gaan om het carter goed af te sluiten. Als het carter
niet afgesloten is, kan de motor beschadigd raken.
6. Draai de stoel omlaag.
Belangrijk: Controleer het oliepeil om de
8 bedrijfsuren of dagelijks. Ververs de olie voor
het eerst na de eerste 20 bedrijfsuren, daarna
moet u onder normale omstandigheden om de
100 bedrijfsuren de olie verversen en het oliefilter
vervangen. De olie moet echter vaker worden
vervangen als de machine in zeer stoffige of vuile
omstandigheden wordt gebruikt.
Brandstoftank vullen
•
Inhoud brandstoftank: 25 liter
•
Aanbevolen brandstof:
– Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone,
verse (minder dan 30 dagen oude), loodvrije
benzine met een octaangetal van 87 of hoger
(indelingsmethode (R+M)/2).
– Ethanol: benzine met maximaal 10% ethanol
(gasohol) of 15% MTBE (methyl-tertiar-butylether)
per volume is acceptabel. Ethanol en MTBE zijn
niet hetzelfde. Benzine met 15% ethanol (E15) per
volume is niet goedgekeurd voor gebruik. Gebruik
nooit benzine met meer dan 10% ethanol per
volume, zoals E15 (bevat 15% ethanol), E20 (bevat
20% ethanol) of E85 (bevat tot 85% ethanol). Het
gebruik van niet-goedgekeurde benzine kan leiden
tot verminderde prestaties en/of motorschade die
mogelijk niet gedekt wordt door de garantie.
– Gebruik geen benzine die methanol bevat.
– Tijdens de winter geen brandstof bewaren
in de brandstoftank of in vaten, tenzij u een
brandstofstabilisator gebruikt.
– Meng nooit olie door benzine.
Belangrijk: Gebruik nooit andere brandstofaddi-
tieven dan een brandstofstabilisator/conditioner.
Gebruik geen stabilizers op basis van alcohol zoals
ethanol, methanol, of isopropanol.
GEVAAR
In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst
ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie
van benzine kan brandwonden bij u of anderen en
materiële schade veroorzaken.
• Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Eventueel gemorste benzine
opnemen.
• Vul de brandstoftank nooit als de machine op
een aanhanger in een afgesloten ruimte staat.
• Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul de
brandstoftank totdat het peil 6 mm tot 13 mm
van de onderkant van de vulbuis staat. Deze
ruimte in de tank geeft benzine de kans om uit
te zetten.
• Rook nooit wanneer u met benzine bezig bent,
en houd de brandstof weg van open vuur of
vonken.
• Bewaar benzine in een goedgekeurd vat of blik
en buiten bereik van kinderen. Koop nooit meer
benzine dan u in 30 dagen kunt opmaken.
• Gebruik de machine uitsluitend als het complete
uitlaatsysteem is gemonteerd en naar behoren
werkt.
18