Wagen
Wagensystemen
Wageninstellingen
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Selecteren van de rijmodus (Driving Mode Selection)
Houd uw aandacht altijd bij de veiligheidsaanwijzingen
ke aanwijzingen.
De instellingen van de wagensystemen kunnen alleen bij ingeschakeld contact
worden uitgevoerd.
Let op
De afzonderlijke systemen worden in het
■
beschreven.
Indien de functies van enkele systemen worden uitgeschakeld, worden na
■
het uit- en weer inschakelen van het contact enkele functies, bijvoorbeeld on-
derdelen van het ESC-systeem, om veiligheidsredenen automatisch weer inge-
schakeld.
» pagina
4, Belangrij-
»
Instructieboekje van de wagen
Selecteren van de rijmodus (Driving Mode Selection)
63
64
65
Afbeelding 44 Toets voor het selecteren van de rijmodus: Variant 1 / Vari-
66
ant 2
66
66
Het menu voor het selecteren van de rijmodus biedt de mogelijkheid, een van
de rijmodussen (Normal, Sport, Eco, Individual) te selecteren.
66
67
Indien een andere rijmodus dan Normal is geselecteerd, brandt in de toets het
67
symbool resp.
» Afbeelding
68
De momenteel geselecteerde rijmodus wordt in de statusregel van het hoofd-
68
menu naast het symbool
68
gegeven.
68
69
›
Op de toets resp.
69
Normal - Inschakelen van de modus Normaal
■
Annuleren - Afbreken van het menu voor de keuze van de rijmodus
■
Informatie - Informatie over de modusinstellingen
■
Sport - Inschakelen van de modus Sport
■
Annuleren - Afbreken van het menu voor de keuze van de rijmodus
■
Informatie - Informatie over de modusinstellingen
■
Eco - Inschakelen van de brandstofbesparende modus
■
■
Annuleren - Afbreken van het menu voor de keuze van de rijmodus
Informatie - Informatie over de modusinstellingen
■
44.
» Afbeelding 49
op pagina 69 (linksboven) weer-
» Afbeelding 44
drukken.
63