Get connected
Gebruik het apparaat in een 2G- en 3G-netwerk.
Zie "Informatie over het apparaat" op pag. 9.
Gebruik Bluetooth-technologie om bijvoorbeeld
bestanden over te brengen en verbinding te maken
met compatibel toebehoren. Zie "Bluetooth-
connectiviteit" op pag. 94.
Gebruik infrarood om bijvoorbeeld gegevens over te
brengen en te synchroniseren tussen compatibele
apparaten. Zie "Infraroodverbinding" op pag. 98.
Gebruik de Nokia Connectivity CA-53-kabel (standaard
meegeleverd) om compatibele apparaten aan te sluiten,
zoals printers en pc's. Zie "Gegevenskabel" op pag. 99.
Gebruik de Nokia miniSD-kaart om bijvoorbeeld
gegevens over te brengen of back-ups te maken.
Zie "Geheugenkaart" op pag. 15.
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
7