Het beste resultaat bereiken
Om het beste vindvermogen voor vis en bodem
te bereiken raden we het gebruik van het sonar
A-scope-beeldscherm aan.
1. Zet de drempel op 0%.
2. Pas de toename aan totdat de drempellijn
zich net iets rechts van de ongewenste
ruis bevindt.
4-5 Bereik
Bereik is de verticale diepte die op de FISH
4500/4600 wordt weergegeven.
De NAVMAN fishfinder heeft twee bereikstand-
en, Auto Bereik en Handmatig Bereik:
Op Auto bereik zal de fishfinder het
•
dieptebereik automatisch aanpassen zodat
de bodem altijd onderin het beeldscherm
wordt weergegeven. Autobereik wordt
aanbevolen voor normale condities.
Op Handmatig bereik zal de fishfinder
•
alleen het geselecteerde dieptebereik
weergeven. In gebieden met snel wisse-
lende bodemdieptes, zoals de zeebodem
rond rotsformaties, kan het handig zijn om
te voorkomen dat het scherm steeds een
nieuwe schaal moet kiezen om de bodem
te laten zien. Indien de bodem dieper is
dan het gespecificeerde bereik, dan wordt
het niet op het beeldscherm weergegeven.
De Bereikstand veranderen
Druk op de + of – toets om naar handmatige
bereikstand over te schakelen en om het bereik
te vergroten of te verkleinen naar de gewenste
diepte. Deze waarden kunnen ingesteld worden
op een diepte tussen 3 m en 1000 m.
Om over te schakelen vanuit de huidige
FISH 4500/4600 Installatie- en bedieningshandleiding
stand:
1. Druk op MENU vanuit een willekeurig
sonarbeeldscherm om het optiemenu
weer te geven.
2. Highlight Bereik en gebruik vervolgens
de cursortoetsen om Auto of Handmatig
te selecteren.
3. Druk op ENT om te bevestigen.
Zoombereik en zoomafstand
Op de sonar zoom- en sonar bodembeeld-
schermen is uiterst rechts op het scherm een
verticale balk zichtbaar. Dit is de zoombalk. De
zoombalk laat het zoombereik zien; dit is het
gebied dat uitvergroot wordt.
Gebruik de of cursortoetsen om het zoomb-
ereik aan te passen.
Gebruik de
fstand aan te passen.
NAVMAN
of
cursortoetsen om de zooma-
Ongewenst
signaal
Toename
drempellijn
Toenamelijn
62