Plaats van de bedieningsorganen
Zie voor nadere bijzonderheden de tussen ( ) haakjes aangegeven bladzijden.
Voorkant cassetterecorder
1
2
3
4
5
6
7
8
9
1 Begincode-functietoets (START ID
• MODE) (31 - 37)
2 Begincode-vastlegtoets (START ID
• ENTER) (31 - 37)
3 Verlichtingstoets (LIGHT)
Druk hierop om het uitleesvenster
te verlichten, bij gebruik van de
cassetterecorder in het donker.
4 Geluidssterktetoetsen (VOL +, –)
(21, 39)
5 Toetsvergrendelschakelaar
(HOLD) (16, 43)
De toetsvergrendeling blokkeert
niet de CLOCK/SET, de
COUNTER • – en RESET • +
toetsen (behalve in de
stroombesparende stand). Door de
knop in de stopstand naar de
HOLD stand te schuiven, schakelt
u de stroombesparingsfunctie in.
6 Hoofdtelefoon-aansluiting
(REMOTE/2) (20, 21)
7 Lijnuitgang (LINE OUT) (20, 38)
8 Opnameniveauregelaar (REC
LEVEL) (26)
6
NL
Plaats van de bedieningsorganen
9 Microfoon/lijningang (MIC/LINE
IN) (17, 24, 26, 28)
Voor het aansluiten van een
microfoon met een mono stekker
kunt u de verloopstekker
gebruiken alleen bijgeleverd bij het
Europese model.
!º Bandloopfunctietoetsen: (19, 21)
Terugspoel/zoektoets (= 0/
AMS)
Stoptoets (p STOP)
Weergavetoets (( PLAY)
Vooruitspoel/zoektoets () +/
AMS)
Opnametoets (r REC)
Pauzetoets (P PAUSE)
!¡ Gelijkstroomingang (DC IN 4.5V)
(44)
!™ Cassettehouder-openknop (OPEN)
(15)
!£ Terugstel/plustoets (RESET • +)
(11, 12, 14)
!¢ Teller/mintoets (COUNTER • –)
(11, 12, 14)
!∞ Klok/insteltoets (CLOCK/SET)
(12, 14)
!º
!¡
!™
!£
!¢
!∞