Afspelen
+
(
=
Zie tevens bladzijde 38, onder "Aansluiten op andere apparatuur voor weergave".
1
2
PLAY
Tips
• Bij afspelen wordt de
benodigde bandsnelheid
(standaard SP snelheid of
LP lange-speelduur stand)
automatisch ingesteld.
• Als het afspelen doorgaat
tot aan het eind van de
band, zal het apparaat na
afloop de band automatisch
naar het begin terugspoelen
en komt dan in de
stopstand te staan
(Automatische
terugspoelfunctie).
• Het pauzeren van de
weergave kan niet via de
afstandsbediening.
HOLD
HOLD
Aansluiten op
REMOTE/2
Plaats een DAT cassette in de houder en
sluit de hoofdtelefoon met
afstandsbediening aan.
Schakel de HOLD toetsvergrendeling
uit, op de cassetterecorder zelf of op de
afstandsbediening, al naar gelang met
welke toetsen u het apparaat wilt
bedienen.
Druk op de ( PLAY toets.
Het afspelen begint.
Overige bedieningsfunkties
Voor het
Instellen van de geluidssterkte VOL +, – (VOL +, –)
Stoppen met afspelen
Pauzeren van de weergave
Uitschakelen van de pauzestand P PAUSE of ( PLAY
Vooruitspoelen
Terugspoelen
Tussen haakjes ( ) de toetsen op de afstandsbediening.
( PLAY
P PAUSE
=0
) +
drukt u op
p STOP (p)
P PAUSE
(()
) + (+) in de
stopstand
= 0 (=) in de
stopstand
Afspelen
21
NL