Inbedrijfname
Parameters
Functie
Assignment
Set point
Set point 2
Hyst.
Delay time
Fabrieksinstelling
Please confirm
6.5.1
Configuratie van de relais
Het instrument heeft twee relais met grenswaarde die worden uitgeschakeld of kunnen
worden toegekend aan het ingangssignaal. De grenswaarde wordt als numerieke waarde met
een decimale positie ingevoerd. De bedrijfsmodus van de relais als normaal geopend of
normaal gesloten wordt bepaald door de bedrading van het wisselcontact (→ 40).
Grenswaarden zijn altijd toegekend aan een relais. Elk relais kan worden toegekend aan een
kanaal of een berekende waarde. In de "Fout"-modus, werkt het relais als een alarmrelais en
schakelt elke keer dat een storing of alarm optreedt.
De volgende instellingen kunnen worden uitgevoerd voor elk van de 2 grenswaarden:
toekenning, grenswaarde, hysterese, schakelgedrag, vertraging en storingsmodus.
6.5.2
Installatiefactor (alleen inductieve sensoren)
In beperkte installatieomstandigheden, wordt de geleidbaarheidsmeting beïnvloed door de
leidingwanden.
De installatiefactor compenseert dit effect. De transmitter corrigeert de celconstante door deze
te vermenigvuldigen met de installatiefactor.
De waarde van de installatiefactor hangt af van de diameter en de geleidbaarheid van de
leidingaansluiting en van de afstand tussen de sensor en de wand.
Wanneer de wandafstand voldoende is (a > 15 mm (0,59 in), DN 80 of meer), hoeft geen
rekening te worden gehouden met de installatiefactor f (f = 1,00).
Indien de afstand tot de wand klein is, wordt de installatiefactor hoger voor elektrisch
geïsoleerde leidingen (f > 1) en lager voor elektrische geleidende leidingen (f < 1).
22
Mogelijke instellingen
Off, USP alarm, EP alarm, USP
pre-alarm, EP pre-alarm, Min
limit, Max limit, In band, Out
band, Error
Main, Temp
Numerieke waarde
0,0
Numerieke waarde
0,0
Numerieke waarde
0,0
0 ... 60 s
0 s
no, yes
Beschrijving
Configuratie van de relaisfunctie.
Toekenning van het relais aan de hoofdingang
of temperatuuringang
Kan niet worden geconfigureerd voor de Error
functie (storingssignaleringsrelais).
Alleen voor de functie In band of Out band
Configuratie van de hysterese. Niet voor de
Error-functie.
Configuratie van de vertragingstijd tot het
schakelen van het relais. Niet voor de Error-
functie.
Het instrument wordt gereset naar de
fabrieksinstellingen.
Bevestig de reset.
CM14
Endress+Hauser