Hoofdstuk 6
Wacht tot de printwagen naar het midden van het apparaat beweegt.
b. Til het klepje op de printcartridge aan en verwijder het uit de sleuf.
3.
Plaats een nieuwe cartridge.
a. Haal de cartridge uit de verpakking.
b. Plaats een nieuwe cartridge onder een hoek in de sleuf onder de geopende klep.
c. Druk de klep dicht als de cartridge op zijn plaats klikt.
d. Sluit de toegangsklep.
24
Met cartridges werken