7 Installatie en elektrische aansluiting
• Installatie en elektrische aansluiting alleen door vakpersoneel en volgens de geldende
• Voorschriften voor de voorkoming van ongevallen in acht nemen!
• Bij werkzaamheden in putten moet voor de veiligheid een tweede persoon aanwezig
• De plaats van opstelling moet voldoende zijn geventileerd.
7.1 Montage voorbereiden
• Installatie enkel laten uitvoeren door vakpersoneel!
• Nationale en regionale voorschriften in acht nemen!
• Inbouw- en bedieningsvoorschriften van de toebehoren in acht nemen!
• Bij het opstellen van de installatie nooit aan de kabel trekken!
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-DrainLift M1/8
De pomp wordt uitgeschakeld via een tijdrelais in de schakelkast. Door het instellen van de
pomplooptijd op dit relais kan de werking van de installatie worden geoptimaliseerd afhan-
kelijk van de gebouwinterne persleiding. Zo kan door het instellen van de nalooptijd tot aan
het slurpbedrijf het slaan van de terugslagklep worden verhinderd.
Een terugslagklep (vereiste toebehoren), die volgens EN 12056 direct na de installatie
moet worden geïnstalleerd, voorkomt na uitschakeling van de pomp dat het vloeistof
terugstroomt naar de installatie.
GEVAAR! Levensgevaar!
Een ondeskundige installatie en elektrische aansluiting kunnen levensgevaarlijk zijn.
voorschriften laten uitvoeren!
GEVAAR! Gevaar voor verstikking!
Giftige of voor de gezondheid schadelijke stoffen in afvalwaterputten kunnen leiden
tot infecties of verstikking.
zijn.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Ondeskundige installatie kan leiden tot materiële schade.
Bij de installatie van opvoerinstallaties moeten in het bijzonder de regionaal geldende
voorschriften (zoals in Duitsland de zogenaamde Landesbauordnung, DIN 1986-100) en
de geldende aanwijzingen van EN 12050-1 en EN 12056 (ontwateringinstallaties op basis
van zwaartekracht binnen gebouwen) in acht worden genomen!
Nederlands
59