Aansluitingen voor pistoolkabels
Oneven aantal pistolen
Tussenplaat
pakking
Afbeelding 3‐10 Installeren van afsluitdop en jumper - voorbeeld van 7 pistolen in een systeem met 8 pistolen
E 2018 Nordson Corporation
De MAC-adressen staan op de knooppuntstickers en hebben de notatie
0:30:DE:0:33:C8. Elk PLC-knooppunt kan twee verstellers, een
versteller/reciprocator combinatie of twee reciprocators besturen.
Zie afbeelding 3‐10. Sluit de kabels voor automatische pistolen aan op de
aansluitbussen op het achterpaneel van de iControl 2 console. Sluit
pistoolkabel 1 aan op bus 1, pistoolkabel 2 op bus 2 etc.
Af fabriek zijn iControl 2 systemen geconfigureerd voor een even aantal
pistolen. Elke pistoolbesturingskaart in de console stuurt maximaal twee
pistolen aan. Wanneer u het systeem configureert voor een oneven aantal
pistolen, gaat op de kaart waarop maar één pistool is aangesloten de
storing-LED branden.
OPMERKING: Het ongebruikte pistool moet het hoogste even getal hebben.
Als u bijvoorbeeld een systeem met 8 pistolen hebt, moet nummer 8 het
ongebruikte pistool zijn. De pistoolkaartaansluitbussen hebben op de
printplaten de aanduiding A (oneven pistoolnummer) en B (even
pistoolnummer).
In de zak met de consolesleutels zitten een tussenplaatafsluitdop en een
jumper. De jumper schakelt op de pistoolkaart de storing-LED voor
niet-gedetecteerd pistool uit.
Maak de ongebruikte kabelaansluitbus dicht met de afsluitdop, open
vervolgens de consoledeur en maak de aansluitbusdraad los van de
pistoolkaart. Installeer de draadbrug in de kaartaansluitbus.
Zie het hoofdstuk Onderdelen voor de onderdeelnummers van de afsluitdop
en de draadbrug.
Aansluitbus 8
Jumper
Installeren in kaartaansluitbus 8
2
4
1
3
Draadbundels
Pistoolkaart
3-19
Installatie
6
8
5
7
P/N 7560324-12