Verzorging en onderhoud
1. Alledaagse vettigheid op de glasplaat (vingerafdrukken, vlekken van gemorst eten of niet-suikerhoudende
voedselresten op de glasplaat)
1)Schakel de kookplaat uit;
2)
Gebruik een kookplaatreiniger terwijl de glasplaat nog warm is (naar niet heet!)
3)
Veeg na met schoon water en droog af met keukenrol of een theedoek.
4)
Schakel (eventueel) de kookplaat weer aan.
● Wanneer de kookplaat uit is, is er geen 'heet oppervlak' indicator actief, maar de kookzone kan nog wel steeds
LET OP:
heet zijn! Wees bijzonder voorzichtig hiermee.
● Sommige schuursponsjes en schurende schoonmaakmiddelen kunnen krassen op de glasplaat veroorzaken.
Lees de label van uw schuursponsjes en schoonmaakmiddel om te zien of ze geschikt zijn voor deze glasplaten.
● Zorg dat er geen resten schoonmaakmiddel op de plaat achterblijven. Hierdoor kunnen vlekken op het glas
ontstaan.
2. Overgekookt eten, gesmolten vloeistoffen of heet overgekookt voedsel wat suikerhoudend is op de glasplaat
Verwijder onmiddellijk met een vismes, paletmes of een voor de inductiekookplaat geschikte schraper, maar pas op voor
hete kookzones:
1). Schakel de stroom naar het kookveld uit via de wandschakelaar.
2). Houd de schraper onder een hoek van 30° en schraap de gemorste waar naar een koele plaats op de kookplaat.
3). Reinig het gemorste voedsel met een vaatdoek of keukenrol.
4). Volg stap 2 en 4 voor 'dagelijkse vervuiling' op het glas (zie hierboven).
LET OP: ● Verwijder vlekken van suikerhoudend overkooksel zo snel mogelijk. Als u het op de glasplaat laat afkoelen
kan het een stuk lastiger zijn om te verwijderen en zelfs permanente schade aan de glasplaat opleveren.
● Gevaarlijk: na verwijdering van de beschermhoes is het mes van de schraper vlijmscherp. Wees hier erg
voorzichtig mee en houd het uit de buurt van kinderen.
3. Gemorst eten op de tiptoetsen
1). Schakel de stroom van de kookplaat uit.
2). Dep de gemorste waar op.
3). Veeg het tiptoetsendeel af met een vochtige spons of doek.
4). Goed afdrogen met keukenrol.
5). Schakel de stroom naar de kookplaat weer in.
De kookplaat kan gaan piepen en vanzelf uitgaan en de tiptoetsen kunnen het niet goed doen of helemaal niet
LETOP:
werken als er vloeistof op ligt. Zorg ervoor dat u het gedeelte met de tiptoetsen helemaal droog veegt voordat
u de kookplaat weer aan zet.
Suggesties en tips
1. De kookplaat gaat niet aan
Misschien is er geen stroom: Controleer of de kookplaat is aangesloten op een stroombron en of de kookplaat aan
staat. Kijk of de stroom in uw huis of uw buurt misschien is uitgevallen. Als u alles heeft gecontroleerd en de
kookplaat doet nog steeds niets, bel dan een gekwalificeerde monteur.
2. De tiptoetsen reageren niet
De toetsen zijn vergrendeld: Ontgrendel de toetsen. Zie hoofdstuk 'Gebruik van uw inductie kookplaat' voor instructies.
3. De tiptoetsen werken niet zo goed
Er kan een dun laagje water op de toetsen liggen of u probeert de toetsen met het topje van uw vinger in plaats van de
bal van uw vinger te bedienen.
Zorg dat het tiptoetsengedeelte helemaal droog (en schoon) is en gebruik de bal van uw vinger om de toetsen te
bedienen.
4. Er zitten krassen op de glasplaat
Pannen met een scherpe/ruwe rand. Ongeschikte schuursponsjes of reinigingsmiddel gebruikt. Gebruik pannen
met een platte en gladde bodem. Zie 'Het kiezen van het juiste kookgerei'. Zie 'Verzorging en reiniging'.
5. Sommige pannen maken kraak- en klikgeluiden
Dit kan komen door de constructie van uw kookgerei (verschillende lagen metaal vibreren op verschillende golflengten).
Dit is normaal voor kookgerei en duidt niet op een defect.
6. De inductie kookplaat maakt een laag bromgeluid in een hoge kookstand.
Dit wordt veroorzaakt door de inductie kooktechnologie. Dit is normaal, maar het geluid zou minder moeten worden of
helemaal verdwijnen als u de kookstand lager zet.
7. Er komt een ventilatorgeluid uit de kookplaat
De ingebouwde ventilator is aangeslagen om te zorgen dat de elektronica niet oververhit raakt. De ventilator kan
eventueel nog een tijdje blijven werken nadat u de kookplaat heeft uitgezet. Dit is normaal en u hoeft geen actie te
ondernemen. Zet de kookplaat niet uit met de wandschakelaar als de ventilator nog draait.
8. Pannen worden niet heet en "
De inductie kookplaat kan de pan niet detecteren, omdat de pan niet geschikt is voor inductie koken. De inductie
kookplaat kan de pan niet detecteren, omdat de pan te klein is voor de kookzone of omdat de pan niet goed gecentreerd
op de kookzone staat. Gebruik kookgerei wat geschikt is voor inductie koken. Zie hoofdstuk 'Het kiezen van het juiste
kookgerei'. Centreer de pan en zorg dat de bodem van de pan (ongeveer) even groot is als de kookzone.
EKI604-2
" verschijnt op het scherm
Versie 3-2023
Pagina 6