Wanneer u de pan van de kookplaat haalt, stopt de kookplaat onmiddellijk met verhitten en schakelt
zichzelf automatisch na 1 minuten uit.
P
ersonen met een pacemaker dienen hun dokter te raadplegen alvorens dit apparaat te
!
gebruiken.
Gebruik van de timer
• U kunt het instellen om één kookzone uit te schakelen nadat de ingestelde tijd voorbij is.
• U kunt de timer instellen tot maximaal 99 minuten.
De timer instellen om één kookzone uit te schakelen
De kookzones die voor deze functie zijn ingesteld:
1. Aanraken van de keuzetoets voor de verwarmingszone waarvoor u de timer wilt instellen.
2. Raak timerbesturing aan, de kookwekkerindicator zal beginnen te knipperen en "30" zal in de timerweergave
verschijnen.
3. Stel de tijd in door de "-" of "+" toets van de timer aan te raken. Tip: Raak de "-" of "+" knop van de timer
eenmaal aan om te verminderen of te verhogen met 1 minuut. Door de "-" of "+" toets van de timer aan te raken en
vast te houden zal de tijd met 10 minuten afnemen of toenemen.
4. Door de "-" aan te raken, om de uitstaande tijd tot nul te reduceren, of door op de "timerbesturing" te drukken,
wanneer de "00" in het minutenscherm verschijnt, wordt de timer geannuleerd.
5. Wanneer de tijd is ingesteld begint de timer meteen met aftellen. Het scherm toont de resterende tijd en de
timerindicator knippert gedurende 5 seconden.
OPMERKING: De rode stip naast de indicator van de warmte-instelling gaat branden om aan te geven dat de zone
is geselecteerd.
6. Als de kooktijd afloopt, zal de overeenkomstige kookzone automatisch worden uitgeschakeld.
!
Eerder aangezette andere kookzones blijven gewoon actief.
Timer functie
De Timer functie is niet gekoppeld aan de werking van de kookzones.
1. Tik de Timerfunctie toets aan, de indicator gaat knipperen en u ziet '30' in het display.
2. Stel de tijd in m.b.v. de + en/of - toetsen. U kunt de tijd instellen t/m 99 minuten.
3. Wanneer u de tijd heeft ingesteld, begint deze onmiddellijk af te tellen.
4. Wanneer de ingestelde tijd is verstreken, hoort u 20x een geluidssignaal om u te alarmeren dat de tijd om is.
Warmhoudfunctie
Inschakelen:
1. Tip op de keuzetoets voor de gewenste kookzone die u wilt warmhouden.
2. Tip 1x op de Warmhoudfunctie toets om Modus 1 in te stellen, in het overeenkomende display ziet u '
nu wordt de voedseltemperatuur op ± 42 ˚C gehouden.
3. Tip 2x op de Warmhoudfunctie toets om Modus 2 in te stellen, in het overeenkomende display ziet u '
nu wordt de voedseltemperatuur op ± 70 ˚C gehouden.
4. De temperatuur is afhankelijk van het materiaal waarvan de pan/schaal is gemaakt en de hoeveelheid voedsel erin.
Uitschakelen:
1. Tip op de keuzetoets voor de gewenste kookzone die u wilt uitschakelen.
2. In Modus 2, tip op de Warmhoudfunctie toets, in het overeenkomende display ziet u '-',
de Warmhoudfunctie wordt uitgeschakeld.
3. De Warmhoudfunctie kan max. 8 uur worden ingezet. Wanneer er binnen die tijd geen toets wordt aangeraakt,
zullen de kookzones met de geactiveerde Warmhoudfunctie worden uitgeschakeld.
Boost toets
Tijdens het werken met de kookplaat, de toets van de selectie van de verwarmingszone aanraken en vervolgens de
boost-toets aanraken, de zoemer piept eenmaal, "P" verschijnt op het scherm, de kookplaat gaat in de BOOST-functie, het
vermogen wordt verhoogd tot 1500W/2000W. De BOOST-functie loopt gedurende 5 minuten, stopt dan automatisch en de
kookplaat keert terug naar de vorige instelling. Door in de BOOST-modus op de "BOOST" toets te drukken, verlaat de
kookplaat de BOOST-functie en keert terug naar de vorige instelling.
Kookrichtlijnen
Pas op bij het bakken omdat olie en vet snel opwarmen, vooral als u de PowerBoost gebruikt. Bij extreem hoge
!
temperaturen zullen olie en vet spontaan ontbranden en dit vormt een serieus brandgevaar.
Warmte-instellingen
De onderstaande instellingen zijn alleen richtlijnen. De exacte instelling hangt af van verschillende factoren, waaronder uw
kookgerei en de hoeveelheid die u aan het koken bent. Experimenteer met de inductiekookplaat om de instellingen te vinden
die het beste bij u passen.
W
r a
m
t
- e
n i
t s
l e
n i l
g
1-2
● voorzichtig opwarmen van kleine hoeveelheden eten
● chocolade of boter smelten; eten koken dat gemakkelijk aanbrandt
● laagsudderen
3-4
● opwarmen
5-6
● pannekoeken
● pasta koken
7-8
9
● roerbakken
EKI604-2
G
e
c s
h
k i
h t
e
d i
● langzaam opwarmen
● snel(ler) sudderen
● rijst koken
● schroeien
● soep aan de kook brengen
Versie 3-2023
';
';
● water koken
6
30
00
36
6.
--
Pagina 5