6. Wielen en voortbewegen
Wat was uw mobiliteitsdoel? - Tijd voor finetuning, om aan de individuele behoeften van gebruikers te voldoen. Elke asplaatpositie
in het zijframe kent 4 standen, waardoor er in totaal uit 44 achterwielposities gekozen kan worden.
6:4 Zorg ervoor dat de rem en de anti-kiep geactiveerd zijn
Zie hoofdstuk 1:5 en 1:6 voor gedetailleerde informatie over het gebruik van rem en anti-kiep.
6:5 Mobiliteitsniveau
Bespreek, afhankelijk van de gestelde doelen of het gewenste mobiliteitsniveau is bereikt.
6:6 Plaats van de hoepel en grip
De keuze van de hoepel en de instelling van de hoepel kan een significant verschil maken voor het resultaat van zelf-rijden.
Afhankelijk van bekwaamheid en conditie, hebben sommige gebruikers een breder gemonteerde hoepel nodig om het wiel met de
palm van hun hand te kunnen duwen.
De meerderheid van de gebruikers zal de smalle montage van de hoepel nodig hebben, en dit zal de rolstoel in zijn totaliteit smaller
maken. Dit maakt hem wendbaarder in huis. De Cross 6 hoepels kunnen eenvoudig aangepast worden van smal naar breed, om
aan individuele behoeften te voldoen
etac.nl
6:1 Het bereik voor voortstuwing
De afstand tot de hoepel kan te kort of te lang zijn, afhankelijk van de lengte
van de gebruiker of het vermogen om een rechte houding aan te nemen.
Bij een correcte afstelling reiken de vingertoppen van de gebruiker juist tot
de wielnaaf/as.
Voor een betere voortstuwingshoek kan gekozen worden voor een kleinere
wielmaat of een hogere zithoogte.
6:2
Door het achterwiel verder naar voren te plaatsen, wordt de rolstoel lichter
om voort te bewegen. Het wiel verder naar achteren monteren maakt de
rolstoel stabieler, maar maakt het moeilijker om voort te bewegen.
Iedereen die de rolstoel zelfstandig voortbeweegt, heeft baat bij een lichtere
balans. Maar de anti-kiep moet wel geactiveerd worden.
Bespreek de mogelijkheden. Kan de gebruiker of een familielid de
verantwoordelijkheid nemen om ervoor te zorgen dat anti-kiep altijd wordt
neergeklapt als deze tijdelijk was opgeklapt?
6:3 Zorg ervoor dat de balhoofden verticaal staan.
Elke wijziging van de zithoek of zithoogte vereist aanpassing van de
balhoofden. Zorg ervoor dat het balhoofd verticaal staat, zie hoofdstuk 1:3.
Clinical assessment guide Cross 6
19