13. Bij Boot file server directory and file name geeft u de volgende directory en
14. Bij Boot file server protocol stelt u NFS in op First.
15. Druk op F3 om de instellingen op te slaan en terug te keren naar het menu
16. Druk op F10 om het werkstation opnieuw op te starten.
17. Geef het gewenste flash-bestand of BOM-bestand en druk op Enter om verder
18. Breng de noodzakelijke wijzigingen aan voor uw configuratie en klik op Save
Meer informatie over het Configuration Tool vindt u in "Configuratie van het
werkstation met behulp van het Configuration Tool" op pagina 13.
Het flashimage van een werkstation herstellen met de Thin
Client Manager Operations Utility
U kunt het flashimage van een werkstation herstellen met behulp van de Thin
Client Manager Operations Utility. Als u wilt weten hoe dat gaat, raadpleegt u de
publicatie IBM NetVista Thin Client Manager Operations Utility (SA23-2813) voor
informatie over het beheer van de Thin Client Express. Deze informatie vindt u op
de volgende URL:
http://www.ibm.com/nc/pubs
32
Opmerking: Voordat u het flashimage vanaf een peerwerkstation kunt her-
stellen, moet u de procedure uitvoeren zoals beschreven in "Her-
stel van het flashimage vanaf een peerwerkstation mogelijk
maken" op pagina 29.
bestandsnaam op als First (eerste) optie:
/NS/flashbase/x86/kernel.2200
Advanced Configuration.
te gaan. Informatie over het selecteren van het juiste flash-bestand vindt u bij
"Bijlage E. Flashbestand selecteren" op pagina 59.
Opmerking: In de volgende gevallen vraagt het werkstation u NIET om een
BOM-bestand op te geven:
a. Als u het flashimage herstelt vanaf een peerwerkstation.
b. Als de beheerder van de Service Utilities-server al een BOM-
bestand heeft gedefinieerd voor gebruik bij flash-herstel.
Attentie: Het herstel van het flashimage van een werkstation kan wel 10
minuten duren. Schakel het werkstation niet uit totdat het herstelproces vol-
tooid is.
Nadat het herstelde werkstation opnieuw is opgestart, verschijnt het
Configuration Tool.
and Restart.