De initiële modeminstellingen voor PPP-inbeltoegang opgeven
22
3. In het menu Setup Utility Simple configuration doet u het volgende:
a. Kies een taalinstelling.
b. Kies een resolutie en een verversingsfrequentie voor het beeldscherm.
c. Geef de IP-instellingen van het werkstation op:
1) In het menu CompactFlash Boot - Configure IP settings schakelt u
Dynamic Host Configuration Protocol (DHCP) uit.
2) Controleer of alle IP-waarden 0.0.0.0 zijn.
3) In het menu CompactFlash Boot - Configure IP settings schakelt u Dial
Access in.
4) Druk op Enter. Het werkstation wordt opnieuw opgestart en het
Configuration Tool verschijnt. Mocht het Configuration Tool niet ver-
schijnen, houd dan de toetsen Shift + Ctrl + Alt links op het toetsen-
bord ingedrukt. Houd de toetsen een paar seconden ingedrukt, totdat
het Configuration Tool wordt gestart.
Opmerking: Als het Configuration Tool niet wordt gestart, heeft het
4. Selecteer in het Configuration Tool een taal.
De initiële configuratie van het werkstation voor PPP-inbeltoegang is hiermee
voltooid. Ga verder met "De initiële modeminstellingen voor PPP-inbeltoegang
opgeven".
Nadat het werkstation is voorbereid op PPP-inbeltoegang, moet u de initiële
modeminstellingen van het werkstation opgeven. De volgende stappen voert u uit
vanuit het menu Communication Options van het Configuration Tool:
1. Selecteer een type modem. N2800e-werkstations maken gebruik van USB-
modems of seriële modems.
2. Selecteer de DTE Baudwaarde. Als u een 56K-modem gebruikt, moet u een
waarde van 57600 of hoger selecteren.
3. Selecteer een kiesmethode. U kunt kiezen tussen Tone en Pulse.
4. Deze stap hoeft niet voor alle modems te worden uitgevoerd:
a. Typ de initialisatiereeks van de modem in het desbetreffende veld. Deze
reeks kan aanvullende opdrachten voor de modem bevatten.
b. Typ één opdrachtreeks en één responsreeks in de desbetreffende velden. In
de documentatie bij uw modem vindt u meer informatie. Een voorbeeld van
een opdrachtreeks en een responsreeks is atz&fL1 OK.
5. Deze stap is optioneel en hangt af van de programma's die u wilt gebruiken:
a. Als u DNS-ondersteuning nodig hebt, selecteert u bij DNS active de optie
Yes.
b. Typ het IP-adres van maximaal twee DNS-servers in de velden IP address 1
en IP address 2.
c. Typ desgewenst de domeinnaam in het veld Domain.
werkstation er waarschijnlijk geen toegang toe. Raadpleeg
de publicatie IBM NetVista Thin Client Manager Operations
Utility (SA23-2813) voor meer informatie over het verlenen
en intrekken van toegang voor werkstations tot het
Configuration Tool. Deze informatie vindt u op de vol-
gende URL:
http://www.ibm.com/nc/pubs