Gebruik deze modus:
Auto
(automatisch)
Scene (scène) Eenvoudig richten en foto's maken in 8 speciale omstandigheden
Portrait
(portret)
Sport
Landscape
(panorama)
Close-up
Video
Scènemodi
1 Zet de keuzeschakelaar op de Scene-modus (scène)
2 Druk op
OPMERKING: Druk op de OK-knop als de beschrijvingen van de scènemodus worden uitgeschakeld.
www.kodak.com/go/support
Voor het volgende:
Alledaagse opnamen – biedt een uitstekend evenwicht tussen
kwaliteit en gebruiksgemak.
(zie
Scènemodi, pagina
Portretfoto's van mensen. Met telefoto kunt u de achtergrond extra
vaag maken.
Bewegende onderwerpen. De sluitertijd is kort.
De camera heeft de volgende standaardinstellingen:
f/2,8 - f/3,7; scherpstelling op meerdere doelen; ISO 80 - ISO 160.
Verre onderwerpen. De flitser gaat niet af tenzij u deze aanzet.
De zoekermarkeringen voor automatisch scherpstellen
zijn niet beschikbaar in deze modus.
Onderwerpen met een afstand van 13 cm - 70 cm van de lens bij
groothoek; 22 cm - 70 cm bij telefoto. Gebruik indien mogelijk het
beschikbare licht in plaats van de flitser. Gebruik het LCD-scherm
om het onderwerp in beeld te brengen.
Het opnemen van bewegende beelden met geluid (zie
om beschrijvingen van de scènemodus weer te geven.
Meer camerafuncties
29).
.
(pagina
7)
pagina
5).
29
NL