Verzendopties
(menu 5.6.1)
Hier kunt u de opties voor noodoproepen
instellen.
• Noodoproep verzenden: hiermee kunt u
de functie voor noodoproepen aan- en
uitzetten. Als u een noodoproep wilt
verzenden, drukt u in de standby-stand vier
keer op [Volume], terwijl de telefoon
gesloten is.
Terwijl een noodoproep wordt verzonden,
wordt het symbool
toegang tot de menufuncties. Als u de
telefoon normaal wilt gebruiken, drukt u op
[
] als het symbool blauw is.
• Ontvangers: hier geeft u de
telefoonnummers op waarnaar u een
noodoproep wilt verzenden.
• Herhalen: hiermee stelt u in hoe vaak de
noodoproep wordt verzonden.
rood en hebt u geen
• Bericht: hier kunt u de vooraf ingestelde
tekst van de noodoproep bekijken.
U kunt helpteksten op het scherm weergeven
door op <Opties> te drukken en Help te
selecteren.
Ontvanginstellingen
U kunt instellen of het vooraf ingestelde type
belsignaal (sirene en waarschuwingsbericht)
voor inkomende noodoproepen wordt gebruikt.
Als u Normaal selecteert, wordt de beltoon
voor berichten gebruikt.
Geheugenstatus
(menu 5.7)
Via dit menu kunt u zien hoeveel geheugen
momenteel wordt gebruikt voor elke
berichtenmap.
(menu 5.6.2)
83