2. Druk op [0] om alternatieve woorden weer
te geven voor de toetsen waarop u hebt
gedrukt. Als er geen alternatieve woorden
meer zijn, wordt onder in het display
VoegToe weergegeven.
3. Druk op <VoegToe>.
4. Gebruik de ABC-stand om het gewenste
woord in te voeren en druk op <OK>.
De cijferstand gebruiken
In de cijferstand kunt u cijfers ingeven.
Druk op de desbetreffende cijfertoetsen.
De symboolstand gebruiken
In de symboolstand kunt u symbolen en
speciale tekens invoegen.
Actie
Naar een symboolset
bladeren
Een symbool selecteren
De ingevoerde symbolen
wissen
De symbolen invoegen
Werkwijze
Druk op de
navigatietoetsen.
Druk op de
desbetreffende
cijfertoets.
Druk op [C].
Druk op <OK>.
31