b) Selecteer het kabeltype voor het testen
De standaard testmodus is de datakabel-test. De meetinterface verschijnt na het inschakelen
van het meetapparaat. U moet de testmodus kiezen op basis van de te testen kabel -
netwerkkabel of coaxkabel. U kunt de testmodus voor elk type kabel op twee verschillende
manieren kiezen nadat u het apparaat heeft gestart. U kunt het kabeltype wijzigen met behulp
van de Shift-toets
• Druk op de Shift-toets
coaxkabeltest.
Aan de andere kant kunt u de gewenste modus rechtstreeks via de grafische gebruikersinterface
omschakelen. Ga daarbij als volgt te werk:
Coaxkabel controleren
62
(coax/netwerk)-kabel (2) rechtstreeks kiezen.
(coax/netwerk)-kabel (2) om te kiezen tussen netwerkkabeltest of
• Druk op de knop EXIT
ingedrukt om de kabeltester in te schakelen.
• Druk kort op de knop EXIT
schakelen. Het functiemenu verschijnt.
• Druk op de knop TEST OK (3) om de kabelmeting "Cable test" te
selecteren en te bevestigen. De kabelselectie verschijnt.
Selecteer "Coaxkabel" als het type van de aangesloten testkabel.
• Druk op de knoppen
en bevestig met de knop TEST OK (3). De gekozen meetinterface
verschijnt. De lengte wordt rechtsonder weergegeven.
• Druk op de knop TEST OK (3) om de kabelmeting (coax) uit te
voeren met de huidige instellingen.
(9) en houd hem ongeveer 3 seconden
(9) om naar het functiemenu te
(1) of
(8) om het kabeltype te selecteren