D
C
IGITAL
ONTROL
Effect van negatieve hoek op afstand tussen FLP, RLP
Voor een gedetailleerde uitleg over het volgen van de zender wanneer deze zich steil en diep bevindt,
raadpleeg
Bijlage C
op pagina 66.
Om de diepte te berekenen (zodat u deze met de diepte op de ontvanger kunt vergelijken) met behulp van de
afstand tussen de locatiepunten en de verticale hoek van de zender, raadpleeg
Locatiepunten markeren
De locatiepunten (FLP en RLP) en de locatielijn (LL) moeten tijdens de lokalisatieprocedure worden
gevonden en nauwkeurig worden gemarkeerd. Om een l ocatiepunt te markeren, gaat u met de ontvanger
waterpas op het locatiepunt staan. Volg de verticale as naar de grond, die door het midden van het display
loopt, om een loodlijn naar de grond te projecteren. Markeer de locatie waar deze loodlijn de grond raakt.
Loodlijn om locatiepunten te markeren
40
I
NCORPORATED
en LL
1. Vogelaanzicht (vanaf
boven gezien)
2. RLP
3. LL
4. Zender
5. FLP
6. Boorinstallatie
7. Boorpad
8. Zijaanzicht
9. Oppervlak van grond
10. Zender in negatieve hoek
Bijlage D
op pagina 70.
1. Loodlijn of verticale as
2. Midden van het display
3. Voorzijde van de ontvanger
4. Plaats marker recht naar
beneden op de grond
DigiTrak Falcon F1 Handleiding